De boog

Titel
De boog

Jaar
1917

Druk
1969

Overig
3ed 1969

Pagina's
47



III

Vogels, zwart van voorspelling, die hij volgde, de ziel beheersende met meesterlijke lach, brachten hem, in ’t seizoen nog dat de korens golfden, tussen de vestingen en de velden-en hij zag

onder kantelenwal, waar ’t licht op knarste, hardklontige vuisten saamgeschaard, klam, dampend, goor van groeven, grof van barsten, als stapels boomstronken voor de haard.

Blind van de zon lag het land: ruggen strakten een boog en maten de eerste sprong tegen de gele lucht, die naar daden snakte of’t een zwaard was, gesmeed in kamelendong.

Dan-géén wist vanwaar ’t zijn driestheid roeide, door welke straten het zijn waanvracht krooi, maar men zag, hoe een Woord over stad uitgroeide, tonders aanleggend aan het zomerhooi,

aan de klokken, aan de kloosters, die zich verenigden in ’t ontzaglijk einde dat tot eenheid drong, wier extatisch bloed dwars door de storm der menigten ’t noodlot in-lachte, marteldood zong.-

-Toen schrééuwde hij.

Fel stond aan zijn slapen de verbijstring die bonsde, hijgend en vaal; haat schroeide hem de mond, haat tegen gewapende massagebaren-een kwaal!

12

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.