DUBBEL NACHTBEELD
Vrouwen hoor ik voor dareiken overgaan*
Ruischende steden, ruischende rijken vestigt de maan.
Priester tot den man, getéékend:
’t is voldaan. —
Werelden om en onberekend wentelt de maan.
Stapvoets wijkt ge, nimmer rijpend, wil en waan:
Aan dags kruishouten hangt en sijpelt de maan. —