Japanse Verzen

Titel
Japanse Verzen

Jaar
1903

Pagina's
108



XIX.

’t Verloren Eden.

't Was om di Zee, >) dat Edens vier-stroom stuwde, Waar rozig lotus en flamingo gloejden,

Uit bladerheuvelen palmen-vederen sproejden, Oranje-waduwen zwoele wind doorvluwden,

In d’overkapte nest-kring wevers a) tjuwden,

De olifant door ’t woud een weg zich snoejde, Schaapskudden blanke’ amandelen ondervloejden, En heller Zon den Mens door ’t loof toe gluwde, Sinds hem de Slang, (het Water), wijsheid leerde Tot landbouw, met den tand (der spA) liet snijden In d’Appel, 8) di d’Almoeder, (d’Aarde), ’m bood Doch sinds dien Vloed was ’tTeb, *) di hier regeerde, Er dorheid, hitte, stank en stilte spreide ’t Met een rond wentelend zwaard s) van vlammen

[sloot.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.