ii uur op te blijven, zo komt alles toch weer goed. Maar ook daarna lig ik vaak in bed nog aan allerlei te denken, wil soms het een of ander nog nagaan en doe dat dan bij het licht van een lucifer. Jullie ziet, ik ben nog even gek als vroeger, heb gewoon geen rust voordat ik een of ander probleem voor mezelf heb opgelost, en ga dan pas slapen. Dom, want als ik 's morgens wakker word zie ik de dingen soms heel anders.
Daar komt de koffie, met twee lekkere koekjes vanwege Pinksteren. Morgen is er een film, De tante van Charlie, met Heinz Rühmann. In de kerk. De verleiding weer eens een film te zien, is groter dan mijn aversie in de kerk als vee in een hokje te worden opgesloten. (Jullie hebben daar werkelijk geen idee van, het is mensonterend.) Wat schrijf ik vandaag veel over mezelf, hè, schandelijk gewoon. Ik moet eerlijk zeggen dat ik (ofschoon een mens in een gevangenis natuurlijk veel meer lijdt dan hij voor zichzelf wil bekennen) de laatste week weer monter ben, 's morgens soms in m'n eentje loop te zingen, waarna ik mezelf prompt een egoïst vind omdat zoiets in mijn omstandigheden toch niet past. De brief van moeder neem ik nu ook zo zwaar niet meer, hoor, ik ken haar wel zo'n beetje, met haar uitstekende en haar zwakke kanten. Toch kan ik er niet toe komen, haar te antwoorden, ik ben het eerlijk gezegd in het algemeen beu als er mensen zijn die denken zich tegenover mij maar alles te kunnen veroorloven, ik ben dat zo hartgrondig beu dat mijn reactie op moeders brief daar ongetwijfeld een weerspiegeling van is. Ik zal moeder wel weer schrijven, maar ik moet die kwestie toch eerst beter voor mezelf verwerkt hebben voor ik daartoe overga.
Jongens dat is het dan voor vandaag. Wanneer jullie weer thuiskomen is het bijna bezoekdag. Tot donderdag. Veel liefs, Sal en Papa.
165