TEN GELEIDE
De eerste wereldoorlog was precies een jaar oud toen ik geboren werd, en rustig zouden de tijden mijn leven lang niet meer worden. Bij mij thuis heerste nog een betrekkelijke welvaart, omdat het neutrale Nederland voordeel trok uit de massamoord over de grenzen, maar in 1918 stortte Duitsland ineen, en mijn vader ging failliet. Armoe deed zijn intrede in ons gezin en wilde tijdens mijn jeugd niet meer wijken.
Maar hoe onze planeet tijdens mijn geboortejaar 1915 ook verscheurd werd in vijandige kampen, het kapitalistische stelsel als zodanig was nog volledig intact. Wel vond er die nazomer een conferentie plaats in het Zwitserse Zimmerwald, waar internationale socialisten bijeenkwamen om zich tegen de oorlog, die zij als imperialistisch veroordeelden, uit te spreken en de ondersteuning van het merendeel der socialistische partijen aan de oorlogvoering van de 'eigen' regeringen te brandmerken. Aanwezig waren daar ook Lenin en Trotski. Zij wilden niet alleen een eind maken aan de oorlog, zij wilden ook de wereld veranderen en in Rusland het tsarisme ten val brengen.
Elk van de twee zou daaraan zijn eigen bijdrage leveren.
In 1903, op het Tweede Congres van de Russische Sociaal-Democratische Arbeiders Partij, stelde Lenin voor, het lidmaatschap van die partij te verbinden met verplichte activiteit. Voor loze contributiebetalers was geen plaats. Het scheen te gaan over een doodgewone organisatorische maatregel, maar de congresgangers waren scherp verdeeld en soms verontwaardigd over de fanatieke wijze waarop Lenin zijn voorstel verdedigde. Er ontstond een
9