Jankef's jongste

Titel
Jankef's jongste

Jaar
1930

Pagina's
436



gedaan, en misschien wel bij de oom en tante, daar bij Groningen; nu deed zij het in haar huis, nu was zij daar gelukkig mee. Meneer Meyer zou ook komen, „die leert”, die wijdt het huis in. Eli stond met een ontroerden glimlach een tijdlang door het glas van de ruit dat alles nog heerlijker, stiller, fijner scheen te maken, naar dat stille, ingchouden wachten van die tafel in die schoongemaakte kamer te zien. Hoe was het mogelijk, dat men, in een leven als het zijne, dat zoo geschonken kon krijgen? Van buiten af, in het huis te blikken, en daar, onverwacht, en met onverwachten tooi, de toebereidselen te zien voor het feest. Een oogenblik schoot het dronken door hem heen: zou het dan toch waar zijn, dat het nu zou gaan gebeuren ? En dat zij thuis gereed stonden, het leven nu verder in liefde en vreugde te gaan vieren ?

Vanmorgen ging oom Jozef weg, uit Amsterdam, die vanaf Vrijdag bij hen gelogeerd bad. Had ruzie gekregen met zijn familie hier, kwam toen bij hen; nog een jongen meer boven in elk bed, en een paar op den grond, op een paar matrassen. De man van een van Vader’s zusters, een diamantslijper, „maar geen vuile opmaker en opschepper,” zei Vader, die alle diamantslijpers schijnt te minachten, „maar een fijne vrome man, die weet wat-ie zegt en doet, en geen mesjoggene Amsterdammer, die zal ik maar zeggen alles van buiten: boer vindt!”

Eli heeft den waardigen dikken meneer met zijn korten vromen baard en zijn bril op zijn eigenwijze schele oo-gen, met diepe aandacht zitten bekijken, terwijl hij onder het bij-zitten van Vader en Moeder, brood met eieren at, die moeder voor hem had gekookt. Wat deed moeder dat niet met een vriendelijken eerbied! Hij weet, Eli, dat het er niet afkan, en dat het toch maar moet, omdat hij een gast is, en voor een gast doet men nu eenmaal het onmogelijke. Maar het is toch een beetje vreemd, dat de gast het aanneemt van Moeder, en nog wel zoo gulzig. Want Moeder zei: „Zal ik nou een paar eieren voor je koken Jozef? dan neem je die mee op je reis, en een paar sneedjes brood.” Een van de meisjes ging ze halen; en wat zei hij toen, die vreemde Amsterdamschc meneer-

4

53
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.