Simcha, de knaap uit Worms

Titel
Simcha, de knaap uit Worms

Jaar
1936

Overig
De knaap uit worms

Pagina's
395



van het Duitsche land tegen de oude, lang en veelzijdig beproefde en aan het leven van zooveel volkeren geslepen Joodsche beschaving niet was opgewassen, en maar weinigen ontkwamen aan den wrok daartegen; nauwelijks een Jood was te vinden die niet Duitsch lezen en schrijven kon, en daarbij minstens Hebreeuwsch, en de meesten kenden daarbij nog een of twee andere Europeesche talen.

Morgen, in het daglicht, zal hij stellig weer wat vroolijker zijn, hij weet het, hij die nu zichzelf is gaan gadeslaan. Maar hij weet ook dat het keeren van de beelden van al deze gebeurtenissen onder het duister van den nacht in zijn slaapvertrek benauwend is, en een zweepslag tot het zoeken van instemming en van uitkomst. En dat die zware druk van den nacht ook waarheid is, en dat misschien, ja misschien elke vroolijke ademhaling in den lichten dag, een leugen is hiertegen. In zijn ooren tergt het belgeluid van die laatste klokke-waarschuwing nog na, die stem die met beangstigenden nadruk oproept tot een saamhoorigheid zonder uitzicht. Over allen springt zij heen, die stem, dat schelle geluid als van een onnoozele gems: „Kom bij mij, dicht aaneengekro-pen; ik kan niet meer geven, al geef ik het meeste dat vandaag mogelijk is. Het leven is onbegrijpelijk, onmachtig de mensch.”

Hij huiverde daaronder. Geloofde hij dan aan booze teeke-nen? Verscheurend in de herinnering is dat verhaal der verschijning van den Doods-engel boven de Joden van het Rijnland, aan de stervende jonge vrouw; verscheurend is de herhaalde oproeping daarvan door de bezwijmde op het Poeriemfeest. Smartend is de blik op dien dansommegang daarna, onder het Perzische lied van de Schnorrers, waarbij de knapen en mannen, de meisjes en vrouwen elkaar fijn en teeder beroerden, in de beweging zetten en weer opvingen, als in de blijvende wachtende liefde bij den strijd van uitgang en terugkeer, bij die wisseling van scheiding en her-eeniging, van het leven zelf. Zijn gebroken gevoelens daarbij zijn evenwijdig aan die jegens Hanna’s bekoorlijkheid: dankbaarheid en stille verrukking om het recht dat alles te mogen aanzien en mee te helpen beleven, en het neerslaan

45

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.