Simcha, de knaap uit Worms

Titel
Simcha, de knaap uit Worms

Jaar
1936

Overig
De knaap uit worms

Pagina's
395



Gemeenten in Frankenland die waarschuwden tegen het gevaar van overvallen. Zoo in huis, zoo daarbuiten, zoo hier in Keulen, ontmoette hij nergens een volle aansluiting op zijn onrust. Niemand behalve hij scheen te merken dat men onder het volk van handwerkers en boeren onvriendelijker, vervreemd en allengs vijandiger van blik werd, en niemand dan hij scheen te hooren hoe de straatjeugd uitroepen losliet als „De Joden zijn ook Heidenen,” of: „De Joden zijn ook vijanden van Onzen Lieven Heer.” Kon men hem die feiten niet meer betwisten, dan kwam steevast de vraag zijn wantrouwen bevestigen: „waarom zooveel waarde toegekend aan de woorden van een paar straatjongens?” — „Maar men had dat toch vroeger nooit gehoord?” — „Nu dan hoorde men het nu, dan was heel Israël in gevaar omdat een paar kinderen iets over hun Lieven Heer riepen! Hoe had men het met Simcha Hacohen? Niet te lang wachten met een goede vrouw te trouwen, dan ging die zwaarmoedigheid wel voorbij: „In het bed bij de vrouw, vergeet men zorgen en kou” — zeiden de Christenen, en daar kon men ook wel eens naar luisteren.”

Simcha bedankte voor zulke platte lessen en was gaan zwijgen. Het „God zal helpen”, de uiteindelijk beslissende woorden van zijn vader, werden overal herhaald. „God zal helpen”, o, men was hulpvaardig jegens elkander en het geld om opnieuw, zij het bescheiden, in den handel te beginnen, had er weldra kunnen zijn. Maar had niet Eleasar uit Worms geschreven: „Wees niet afhankelijk van de menschen”? „God zal helpen”, Simcha wist het nu: „God zal nieuwe schepen verschaffen, al is het niet overmorgen”. Men had zich, naast de aandachtige bezigheid met de Leer, al was het niet zoo wild als in Keulen, volledig met de scherpe bemoeienis van den handel bezet, een tweede Leer, een tweede overgegeven Aandacht, een enorm eiland in de groote duistere wereld waarin men rondliep, waarin men aanvaard en gewaardeerd werd, maar waarin men vreemd bleef. Vandaag was de kring hier wijd; men mocht het water oversteken en aan den anderen oever vriendschappen beleven; het eiland bleef. God zij geloofd en geprezen,

37

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.