Simcha, de knaap uit Worms

Titel
Simcha, de knaap uit Worms

Jaar
1936

Overig
De knaap uit worms

Pagina's
395



kon bergen. Heel het leven kwam daardoor wankel te hangen. De verbeelding der menschen joeg, in haar drift naar helderheid, als een spookachtige wind millioenen ziekelijke wanstaltige vruchten door het wereldbeeld, en ook de Joden, hoe recht zij, met hun werkelijkheidszin, er zich menigmaal tegen zetten, waren niet bestand tegen de eischen die het onderzoek van dat alles aan hun krachten stelde. Die verklaring van de schipbreuk kon geschapen zijn door angst, door de verrassing van het verlies, door zelfstreeling en de zucht naar het on-alledaagsche; hij was er niet bewust in, het wentelde maar met vlagen door zijn vorschen-de bezigheid heen; en de wanhoops-vrees om de ongewisheid van alles en van elke minuut kwam terug uit de weer-looze kinderjaren. Bij zijn vader had hij, in den eersten schok, diezelfde onrust gevonden die zich voor de genegenheid vijandig scheen op te stellen: de eerste van alle onbevredigende antwoorden die hem tot een geprikkelde en eenzame dreigden te maken. „Zij leeren het koopmanschap van ons; als zij het kennen, gooien zij ons eruit.” Dat was de eene uitspraak, bij een diepe zucht; zij had hem onder de acht kinderen het hevigst geschokt. De andere was: „Er zijn nog machtigen in het Rijk die rechtvaardig en verstandig zijn, wij zijn onmisbaar. De Jood heeft het verstand, hij is de koopman.” Dat had Simcha toen moeten voelen als een machteloos trampelen tegen het Lot, dat de getroffene zelf in zijn verslagenheid had erkend. Eindelijk op Simcha’s vraag, of de verdachte kooplieden niet voor het Gerecht zouden worden gedaagd, het antwoord: „neen.”

Zijn broers, kleine warme levende zuilen voor hem in de wereld, hadden hun vader in die worsteling op den voet gevolgd, verbonden, maar zonder eenige drift tot eigen plaatsbepaling, en Simcha was van dat oogenblik af geworden als een ree in de wildernis van zijn dagen, die overal, trillend, den reuk speurt van het gevaar. Met hollen blik en een schrik die de schuilplaatsen van alle vroegere vrees ging ontsluiten, had hij de eerste geruchten aangehoord over den voorgenomen tocht van de Christenen naar het Heilige Land, en dra daarop de boodschap van de Joodsche 36

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.