De een zijn dood ....

Titel
De een zijn dood ....

Jaar
1933

Pagina's
264



oude vrouwen; verlatenheid schreide dan hij oogenblikken zacht in haar op, en de doffe moedeloosheid kwam, om die moordende zekerheid, dat elke leege dag de lieve hoop weer heviger verlamde. De angst om dat gelukloos wègleven van het bestaan, neep nu, hier midden in de volheid der feestvreugde, haar even wijdervoerende droefenis tot wanhopige prikkelbaarheid. En ze dacht weer aan Naatje en aan haar glimlach: nee, nee, ze hield toch niet van Naatje. Ze glimlachte tegen haar, Naatje, omdat ze wel wist, dat de mannen met den voet tegen haar aanschopten. Ze wou ’r toch altijd maar de oogen uitsteken met ’r mooie kleeren, met ’r zwangerschap nou weer; bah, wat had ze toch eigenlijk een hekel an ’t lieele zoodje; wat treiterde de heele wereld haar toch! Maar Naatje ging met vertellen voort en trok haar nu noodzakelijk vriendelijke aandacht tot zich op. Met een gezicht dat zich langzaam tot voorgewende vertrouwelijkheid ontspande, en terwijl zij door-balanceerde op haar twijfel omtrent genegenheid of vijandschap jegens Naatje, want zij wist toch wel dat zij haar niet werkelijk haten kon — keerde Jette zich naar haar nicht om: „0, had ze al ’n vroedvrouw angenoinen? Zoo.... juffrouw Paans.... o, geen jiddesche vroedvrouw? 0, nee? hield ze daar niet van.... nou gekheid, dat moest ieder voor zich-zelf weten, daar kon niemand zich mee bemoeien.... en de baker óók al? 0, nog geen baker; nou dat zou zeker vrouw Bart wel worden he? O, nee? vrouw Bart niet?” Zoo, dacht Jette, dat was ’r zeker niet fijngenoeg; „ja, ze was tóch ’n stuk gaiwe-medam (trots-madam), ómdat die vrouw Bart ook welles bakeren ging bij ’n arme vrouw....’’ En weer sprekend, Hollandsch altijd tegen Naatje: „Och ja, die vrouw Bart, ze zou ’t niet tegenspreken, ze was werkelijk inderdaad wellis ’n beetje ordinair in ’r mond; ja ze kon wellis ’n beetje om zoo te zeggen gróf uit de hoek komen; ’t was niet bepaald eerste kwaliteit; ja, die juffrouw Van Dalen, dat was ’n net vrouwtje, ja-zeker, ’n heel net vrouwtje, wat je noemt nèt.... ja.... Wel heerlijk toch hè? a'j zoo’n kleintje te wachten was.... was ze niét bang? nee hè? nou maar niet ongerust maken hóór, dat komt allemaal wel

82
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.