De een zijn dood ....

Titel
De een zijn dood ....

Jaar
1933

Pagina's
264



„Stille, stille!” suste Moos, „wacht even!”

„Wat is d’r dan?” riep Sam, „gaat Vader niet in het rijtuig? gaan we niet weg? wat is dal toch?”

Ouwe Beem hoorde Sam’s stem, en zag op. Hij merkte weer zijn bruidegomstooi, zijn domverwonderde gezicht, hij verstond zijn aandringen. Toen bruischte plotseling een hatend verzet in hem op, een voor één oogenblik uitbarstende wraakzuchtigheid om zijn knechting. En hij had Sam als een walging vóór zich, Sam, den bruidegom met zijn feestgezicht, en zijn glanzend zwarte pak met zijn bloem, zijn witten bruidsknop; en hij kón het niet dulden: hij kon de domme dier-zelfzuchtige feestelijkheid van den een niet zien bij den tot stervens toe hem beroerenden ondergang van den ander; hij kon Sam niet zien als onnoozele bruidegom vol domme verwachting, nu hij daareven, zijn eenige genegenheid nog, zag in de marteling, die hem erger leek dan de dood, voortgesleept over de straat met die kettinkjes om zijn polsen....

„Wat?” riep hij schorhuilerig maar nog krachtig van drift. Hij scheurde zich los van Moos en Meijer, die hem troosten wilden, naar Sam toe, die de wegdonkering van den oploop stond na te kijken, waarvan de vrouwen hem zenuwachtig en kalmeerend stonden te vertellen. — „Wat?” riep de Ouwe naar Sam, „mee in ’t rijtuig? voor jou? voor jou?’’’’ Sam werd bleek. Hij begreep niet. Doch in het verdoken schuldgevoel van den onbeduidende werd bij bang voor het beschreide gezicht en de driftbeving van zijn vader.

„Wat is d'r dan....?” vroeg hij angstig, „wat moet je nou van mij, Vader.... wat moet je nou van mij....”

Krampig snikkend, in een uiterste inspanning van verweer, sprong de ouwe op hem toe; zijn keel zat van zenuwen vol en zijn hoofd brandde van onmacbtsspijt en van den wan-hopigen aandrang het ongeluk nog te willen keèren.... Maar hij voelde zijn machteloosheid en bij kon ze niet aanvaarden, en daarom, als een verbitterd kind sprong hij dicht op Sam toe, snikkend, en sloeg hem, terwijl hij voor de anderen uitsnelde, die hem grepen, tegen zijn gezicht, dat zijn brui-

253
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.