De een zijn dood ....

Titel
De een zijn dood ....

Jaar
1933

Pagina's
264



’t was niet tegen te houen.... wie hield daar dan ook zijn kop bij... .? As-ie heelemaal met bidden en smeekeii centen loskreeg, dan was ’t om vier weken.... zeg om drie maanden te doen.... en dan was ’t tóch weer hetzelfde smerige spelletje.... Naar binnen gaan? weggaan? ’t kwam op ’t zelfde neer.

In de breede provinciestraat met achter voortuintjes de lage heerenhuizen, stond hij weer met gebogen hoofd moedeloos te overwegen, vóór Van Lier’s woning, waar achter het hekje, een paar groote herfstboomen hoog te bronzen stonden naar de fijngoudige blauwe lucht.

Het sloeg hem met een verlamming van zijn durf, toen hij den voortuin door zou gaan om aan te hellen. En hij stelde al met moec aandacht vast, hoe het gaan zou....: aanschellen en meneer vragen, heel beleefd aandringen en.... verwonderde oogen zien. Dan, beleefd ook, worden weggestuurd met het antwoord, dat-ie vooruit kon weten: zonder borgen — onmogelijk. Hóe dan verdomd.... dacht hij, de wanhoop opeens dichtbij, en in het voorvoelen van het schrikkelijk ware, toch onmogelijk te doorleven lot, van den broode-looze. Maar hij voelde de dreiging van het gebrek, als een lichamelijke beklemming, waaraan hij zich hijgend, op sterven af, moest ontvechten. Zoó moést ’t maar; dan weèr in de knel zitten, maar dan weèr vechten, weèr vechten.... Met een lichte beving van hoop in zich liep hij toen op de deur toe en schelde. Het meisje deed open: meneer Van Lier was er niet.

Hij schrok, daar had-ie niet op gerekend; opnieuw zonk moedeloosheid op zijn verwachting neer.

,,’k Moet ’m hebben,” zei hij, verward dringend, „wanneer is-ie d’r? waar is-ie dan?”

Zij zou 't mevrouw vragen, half nijdig, op Zondag nog met extra moeite te worden gehinderd, en zij kwam terug met de boodschap, dat mevrouw het niet wist.

„Toe meid,” drong-ie aan, „je weet ’t toch oinmers wel....? Ku’j me nou heelemaal geen antwoord geven? moe’k nou zóó weerom gaan? ’k heb geen tijd om nog es te komen.... weet je niet zoowat waar ’k ’m kan opvangen?”

208
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.