De een zijn dood ....

goeie tijden: de eerste, nog vrije, nog drieste huwelijksdagen, en met een enkel kind, en met twee nog, als het leven nog moedig rondom hen te bloei stond, eer de groote nekkende slagen gevallen waren die hun stroomende blijmoedigheid nijpend gesmoord en hen verouderd hadden. En het warm verheerlijken van de handelskansen, het liefkozen van de weinige vertroostende winst-gelukjes, en vooral, o ja vooral ook het saam genoegelijk-sterkend veroordeelen en verwerpen en vertrappen van de kille, de ziellooze „nieuwigheid”. In dien weemoed, die hem omruischen kwam, teederde ook meelij nu met haar triestige gemok; waarom zou ze zich nou geen blije dingen kunnen denken? hun ouwe dagen zouen dan toch nog zoo heel slecht niet zijn.... Keelschrapend lei hij de krant op tafel, en zocht iets te zeggen, dat haar geen pijn zou doen, en hij klopte met de weer blankgeworden rimpelhanden het stof van zijn knieën. Maar door die verteede-ring nu onvoorzichtig, vroeg hij, terwijl hij de kamerstilte zwaar doordreunde:

„Wat heeft ze nou dan weer van je gezegd.... heb je dan wat gehoord van haar? van de sjammesvrouw?”

Met driftigen hoofdruk en minachtend lippensmakken stiet ze zijn zachtheid terug:

„Zal jou ook je zorreg wezen.”

„Oók goed,” zuchtte hij, nu ze zijn belangstelling negeerde. Maar toen ze hem alweer in aandacht meende de krant te zien lezen, gilde borrelend de drift naar haar keel. Want ze voelde een verlamming naderen van den angst, dat niemand, ook hij niet, haar meer aandacht zou geven; en met verwijtenden loens naar z’n afgewende hoofd trok hem haar eerst bitter aanfleemende, dan venijnig-uitsnerpende haatstemmetje naar zich toe:

„Omdat jij nou niet hooren wilt.... daarom hebben ze niks gezegd.... nee, niks hebben ze gezegd.... niks.... ze laten mijn allemaal met rust.... ze denken allemaal.... laat die ouwe vrouw nebbiesch begaan.... is ’t niet?.... Pésten doen ze me.... ja, pésten, hoor je ’t nou? de ééne met de andere vergallen ze me mien leven, jouw zoon en jouw schoondochter.... en je

2

17