De een zijn dood ....

Titel
De een zijn dood ....

Jaar
1933

Pagina's
264



maar hield snel zijn woorden terug. „Hij roept an Hanne,” zei-ie, „hoor je wel? Hanne wil-ie hehhen; moet-ie ’r soms wat zeggen?"’

Maar Lion, haastig, ontkende spottend: „och, je hent gekk, ja Hanne.... hij weet op ’t oogenblik niètt.... op ’t oogenblik weet-ie niet wat-ie zegtt, dat zie j’toch immers wel.”

Joop wreef zijn haard; hij geloofde het en dacht er niet verder over na. De zieke stamelde voort, zwakjes, met een bij schokken oplevend spreekvermogen, dat beneden de kracht van den geest bleef; hij sprak van Hanne, en méedeelen, méedeelen en dat het niet goéd was zoo.... dat hij ’t niét deed.... nee, hij deed ’t niet. Maar de zoons hadden de vrouwen achteraf gezet en waren zelf dichtbij gedrongen, om Hanne van het zwakke gehakkel vooral niets te doen verstaan. Het was nu eenmaal zoo geregeld: zij hadden maanden geleden van den ouwe overdracht van het bezit gekregen, als hadden zij alles van hem gekocht; met hun bedreiging, zich anders uit de zaak terug te zullen trekken en de belofte, de anderen te zullen blijven onderhouden, hadden zij hem er toe gebracht. Hij, die nooit van teederheden geweten had, voelde geen hezondiging daarin; de jongens kwam de zaak toe, vrouwen konden geen handel doen, daar was alles mee gezegd. En hij deed het in stilte, sprak er nooit van tot zijn vrouw, tegenover wie hij gestaan had heel hun samenzijn lang als tegenover de anderen: oppermachtig-zelfzuch-tig"

De verhoudingen tot vrouw en kinderen waren dingen uit zijn leven voortgekomen, ondergeschikt daaraan en dus te wijzigen naar zijn omstandigheden. De domme vrouw kookte den pot, onthield boodschappen, sliep hij hem. Er waren kinderen gekomen — hij had hen te eten te geven overgelaten aan de domme vrouw, zwijg-levend als een mannetjesbeest, dat koel plichtig uitgaat om aas te zoeken en het grommend binnensmijt in het hol, maar verder met gefronste brauwen zijn mijmerend leven heimelijk slijt. Buiten zijn sluwheid, was alles van hem aan zijn vrouw en kinderen vreemd gebleven: minachtend had hij naar hen neergezien, snauwend

151
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.