KINDEREN l6l
Ja, vader bleef lang weg. Hij begon roeziger te be-geeren, koortsig van spanning om de werkelijkheid van het wordende. Zijn hoofd brandde en klopte, en de verbeelding vertroebelde. Hij dwong zich tot sor-teeren, en sleurde weer een hand vol ruw uit de baal, over zijn knieën. Hij begon kinderachtig-geweten voorteekentjes te zoeken: als-ie nou nog een stukje gebreid vond, dan zou het goed zijn.. . . Hij vond een groot stuk zuiverwollen kous en liet het door zijn handen gaan, en wierp het dan weer weg, lekker bij de dure schoure. 1) Veertig centen een kilo was een massa. Tien kilo was vier gulden. Maar tien kilo was een reuzenboel. Onzin.... ja, tien kilo.... En onzin, dat ’t daarom goed zou gaan.... Ja, zoo’n stukkie kous.... Hij vond een fluweelen lapje, en veegde het af met ongewone zorg, en bestreelde het met zijn handen, en bekeek het met genot, om den zachten, zwarten glans van de stof. Het leek een kostbaarheid, zooals het daar uit de zak kwam, tusschen reepjes verflard en draderig katoen in, en ouwe vuile kantjes en lintjes. Fijn was fluweel, dacht hij. Hij paste het reepje over zijn mouw, en bekeek het monsterend, half opgericht. Dan boog hij zijn hoofd en aaide met zijn wang erover. . . . Zacht en warm was dat, zoo langs je gezicht. Hij kon niet besluiten, het bij de andere vodden te leggen, en lei het apart, zoo’n fijn lapje.... Plots jeukten de stofjes in het nat van zijn neus, en hij nam een katoenen vodje, en snoot erin, en veegde zijn gezicht af. En hij zat weer stil boven zijn werk en droomde weer.
Rijkdom. Op straat loopen, en centen in je zak. Je kocht natuurlijk van alles.... kesousies.... Nou ja, natuurlijk niet altijd kesousies____Vijgedalen was ook
1
Schoure = waar.
In de groote leerschool, n