Jankef's oude sleutel

Titel
Jankef's oude sleutel

Jaar
1930

Pagina's
336



daar de van Raalte’s met zusje Hanna als dienstbode, in hun onaangetaste macht ontmoet.

Rosa van Raalte, een zwarte vrouw met een ovaal hoofd, een nog gladde huid en bruine glanzende maar bol staande oogen, geldt in haar kring voor jong en knap; zij doet op zijn bellen open en vertelt hem dat Max van school thuisgekomen, weer weg is gegaan. Zij ziet de ongewone teleurstelling waarmee hij dadelijk terug wil keeren en weet er niet goed raad mee. Voor haar plattelandsche vooruitstrevendheid blijft hij een vreemde jongen: half belachelijk Joden-pauper-ventje, als met den eigenzinnigen geest van het Poolsche Ghetto-kind uit de voor haar malle joodsche poes-pas van Jankef’s droom-beladen leven; half eerbiedwekkend om die hardnekkig zich handhavende kern van het als achter glas versluierd onderzoek aller dingen, een kern die zij belachend verwarren kan om de on-volgbaarheid van zijn eenzelvige sprongen, maar nooit zonder zelf onzeker te raken, en nooit zonder zijn grondige beves-tigdheid ongetroffen te zien.

„Hij is een droomer, een dweeper,” heeft zij eens gezegd, toen zij haar broertje Max twee halve stuivers gaf voor het innen van een rekening; Eli die mee was geweest, kreeg met de woorden „jij ook wat”, de helft van dat geldje; en het was Eli of zij met verlegen blijdschap daarmee vaststelde, hoe droo-mers en dweepers volgens haar in de allereerste plaats al het buitenkansje brachten van met half loon te kunnen worden naar huis gestuurd. Max zegt handig: „Die moeten er ook wezen; w-at zeg jij nou, slimme sleeper.” Haar en de oudere knappe maar wat pokdalig geworden spotster Stella voelt hij prikkend, onderzoekend zonder doortastende belangstelling, met aanmatigende goedigheid laatdunkend, soms ook, met de zekerheid van het korte oogenhlik verwerpend, om zich heen dribbelen, als om een wild beestje waarmee men zich vermaken kan en dat men gunstjes kan bewijzen, maar dat ook kan bijten naar de teere plekken die in overmoed zouden worden blootgegeven. Hij verdraagt veel van de meerderen in wereld-sche macht en beschaving; Jankef’s beste kracht w’oont, langzaam maar driester het bewustzijn omdolend, in hem: hij kan er zich niet anders dan veilig bij voelen. Broer Jozef kan er verlegen bij staan, zonder verraad maar ook zonder vollen steun; vriendje Max, heeft, zonder zijn zusters ooit te kwetsen, zich voorloopig saamhoorig bij hem aangesloten, en schenkt hem zijn omgangs-lessen in kameraadschappelijke, maar besliste vermaningen en terechtwijzingen.

73

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.