Verwording en ondergang

Titel
Verwording en ondergang

Jaar
1941

Overig
Auteurs: dr. Johannes de Groot en dr. Arie Noordtzij

Pagina's
62



fat aan de godsdienstige overwegingen, die hem hadden moeten weerhouden van het sluiten van een verbond met Noord-Israël en — als noodzakelijk gevolg daarvan — van het binnenvoeren van Samaria’s koningsdochter in den familiekring van Davids huis, minder gewicht heeft toegekend dan aan de staatkundige. De oude opportuniteitspolitiek van Salomo herleeft in Josafat’s dagen met al de noodlottige gevolgen daarvan. Dit nu laat zich slechts verklaren uit den invloed, die van „rijkdom en eer” (18 :1) op het zieleleven van Josafat is uitgegaan. Josafat’s verbond met Achab sleept hem eerst mede in den slag bij Karkar (854), wanneer Achab in bond met de Arameesch-Hetietische rijkjes van Syrië zich tegen Salmanassar III van Assyrië verzet. En wanneer Josafat kort daarna naar Samaria gaat ten einde uit Achabs eigen mond te vernemen wat er nu eigenlijk bij Karkar was gebeurd en hoe hij over de komende jaren dacht, dan laat hij zich door Achab meeslepen in Israëls jarenlangen strijd met Damaskus. Zoo trekt hij met Achab tegen Ramot-in-Gilead op, dat behoorde tot die plaatsen, welke de vader van Benhadad II — gedurende den burgeroorlog tusschen Omri en Tibni — aan Israël ontnomen had en welke Benhadad II na den voor hem zoo ongelukkigen slag bij Afek beloofd had terug te geven (1 Kon. 20 : 34). Bij Ramot loopt Josafat’s leven ernstig

VREESELIJKE BEHANDELING VAN KRIJGSGEVANGENEN.


Dit (Assyrisch) reliëf vertoont een Assyrischen koning, die een gevangene de oogen uitsteekt. Volgens II Koningen 25 : 7 trof dit lot den laatsten koning van Juda, Zedekia („Men slachtte de zonen van Zedekia voor zijn oogen, en men verblindde Zedekia’s oogen, en men bond hem met twee koperen ketenen en voerde hem weg naar Babel”). De koning houdt den man vlak vóór hem en nog twee anderen vast aan koorden, waaraan haken zijn gebonden die door de lippen van de slachtoffers zijn getrokken (met vergelijke hiervoor II Koningen 19 : 28). De Assyriërs behandelden hun gevangenen dikwijls zeer wreed.

33

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.