Verwording en ondergang

Bij de opgravingen van Samaria (zie bij plaat no. 8) ontdekte men ook de ruïnes van de stad uit den tijd van Omri, dus uit de negende eeuw vóór Christus. Omri’s paleis met bijbehoorenden tempel, vergroot en omgebouwd door Achab, bleken nog gedeeltelijk bewaard. Hier werden potscherven met Hebreeuwsche opschriften gevonden, die voor onze kennis van oude plaatsnamen en persoonsnamen van groot gewicht zijn (68 stuks) en mooie elpenbeenversierselen (vergelijk Amos 3 ; 15).

Jerobeam (2 Kon. 10 : 29). Zoo blijft dan ook aan Eliza, den erfgenaam van het levenswerk van Elia, geen andere weg open dan te grijpen naar het middel, waarvan na Silo’s ondergang Samuel begrepen had: het om-zich-heen-verzamelen van gelijkgezinden, ten einde met hen de geschiedenis van eigen volk na te gaan en de daaruit tot hen komende sprake des Heeren te verstaan, daardoor eigen geloofsleven te versterken en zoo in staat te zijn die sprake der historie in den breeden kring des volks uit te dragen. Zoo alleen kon weer als in Samuels dagen in het midden van Israël een kern worden gevormd, die opnieuw ging vragen naar de rechten en inzettingen des Heeren en ieder op eigen wijze den strijd ging aanbinden tegen de verwordende stroomingen van syncretisme en baalisme, een strijd ook tegen het stierkalf van Bétel, dat steeds meer bewees het bij uitstek geschikte middel te zijn om het volk van den dienst des Heeren weg te lokken en zich aan den eisch des Verbonds te onttrekken. Zoo vormen zich in den lande hier en daar — Bétel, Jericho, 2 Kon. 2 : 3, 5, Gilgal, 2 Kon. 4 : 38, het gebergte van Efraïm 2 Kon. 5 : 22; zie ook 2 Kon. 4 : 1, 6 : 1, 9 : 1 — groepen van „profetenzonen”, gelijkgezinden, die met hun gezinnen in aparte nederzettingen zijn gaan wonen, ten einde daar evenzoovele haarden te vormen van echt Israëlietisch leven, opdat hun volksgenooten aan hun voorbeeld zouden zien wat het inhield in den weg des verbonds te wandelen.

25