Verwording en ondergang

SEBASTIJE, HET OUDE SAMARIA.

Het stadje Sebastije, schoon gelegen op een berg van 100 meter hoogte in centraal Palestina, is de schamele opvolgster van het oude en eens zoo beroemde Samaria, welks zonden door Amos en andere profeten worden gegispt. Samaria, een stichting van Omri, den vader van Achab, uit ongeveer 880 vóór Christus, was gedurende langen tijd hoofdstad van het Noord-Israëlietische rijk, en wel tot de inneming door den Assy-rischen koning Sargon in 722 vóór Christus. De ligging is buitengemeen gunstig: goede wegen leiden westelijk naar het kustgebied, zuidelijk (over Sichem) naar Jerusalem, noordelijk naar Galilea. — Daar het oude Samaria een groote rol speelde in den Israëlietischen koningstijd, geven wij nog eenige plaatjes van

die stad (no. 6 tot 11).

heeft aangerand, acht zich geroepen voor eigen majesteit in de bres te springen. Hoflucht is blijkbaar doodelijk voor godsvrucht!

Daarmede heeft Jerobeam zijn eigen vonnis geveld. En tevens dat van zijn volk, dat het eene koningshuis na het andere met van bloed druipende handen zal zien grijpen naar Israëls kroon, oorlogsgeweld en burgerkrijg over zich heen zal zien gaan, het vaderland steeds dieper zal zien wegzinken en de grenzen steeds meer zal zien vernauwen, totdat eindelijk Assyrië’s legermacht ook aan den laatsten schijn van zelfstandig volksbestaan een einde maakt en Israël roemloos ondergaat in den wirwar der volkeren, omdat het al des Heeren geboden verliet, beelden vereerde, de baals en astarte’s diende en op des Heeren waarschuwend vermaan geen acht sloeg.

Met den steun van het leger heeft Baësa aan Jerobeams koningshuis een bloedig einde bereid, nauwelijks vier en twintig jaar na het drama van Sichem. „Geen levende ziel” is overgelaten (1 Kon. 15 : 19). Een nieuw begin? Ja, maar van nog meer rampspoed! Want nog onder Baësa’s regeering ziet Benhadad I van Damaskus de kans schoon om Israëls macht te beknotten. Wel heeft hij een verbond met Baësa aangegaan, maar wanneer Asa’s geld

18