Pakkettenrapport Rode Kruis

i8

De commissie is echter van oordeel, dat dit allerminst gezegd kan worden van het werk, dat gedaan is voor de politieke gevangenen in Duitsland.

Erkend moet worden, dat de verzorging van de politieke gevangenen in het binnenland slechts reden tot lof geeft. Deze verzorging geschiedde door de Dienst van Speciale Hulpverlening van het N.R.K., opgericht door en onder leiding van mevrouw L. van Overeem. Het succes in haar arbeid wist zij te bereiken met moed en doorzettingsvermogen en door mondeling overleg met de Befehlshaber der Sicherheitspolizei und des S.D.

Het Hoofdbestuur liet zich, zij ’t met tegenzin, door het Duitse Rode Kruis dwingen zich in hoofdzaak te beperken tot de taak, neergelegd in de Conventie van Genève, t.w.,de verzorging van krijgsgevangenen. Het gevolg hiervan was wrijving, waardoor volgens mevrouw van Overeem, van een noemenswaardige actie ten behoeve van politieke gevangenen in het buitenland niets kon komen.

Bijlage 12. Ook mevrouw Honselaar spreekt van een steeds afwijzende houding van het Hoofdbestuur, zodra er van hulp aan politieke gevangenen in het buitenland sprake was.

Dat ook op dit punt belangrijk werk zou kunnen zijn verricht, indien men slechts met volharding had doorgezet, is de commissie duidelijk gebleken uit het verslag van de werkzaamheden, zowel van het Noorse en het Deense, alsook van het Zweedse Rode Kruis, waarover verder in dit rapport mededeling wordt gedaan.

De acties, die in Nederland gevoerd zijn tot hulpverlening aan gevangenen in concentratiekampen in het buitenland, zijn dan ook bijna uitsluitend een gevolg van particulier initiatief buiten het Rode Kruis-verband.

Gaarne zou de commissie hier alle namen willen vermelden van degenen, die door een dergelijke actie medegeholpen hebben om het lot van onze politieke gevangenen en gedeporteerde Joden te verzachten. Het moet evenwel voor een ieder duidelijk zijn, dat ook in dit opzicht verklaard moet worden, dat de commissie niet alle gegevens heeft kunnen opsporen.

Ten aanzien van pakketzendingen naar binnen- en buitenland aan politieke gevangenen vermeldt de commissie — naar aanleiding van hetgeen haar wèl bekend is geworden — met grote dank en waardering, naast mevrouw van Overeem en haar Dienst, mevrouw van Beuningen en haar Vught-comité. Vooral voor wat het buitenland betreft, zullen nooit vergeten worden de pakketzendingen van mevrouw Honselaer, mevrouw de Bussy, Ds. Hylkema en het Interkerkelijk Overleg, terwijl mevrouw Ross—Regeur zich bizonder verdienstelijk maakte door het verzamelen van ruim 5000 adressen van politieke gevangenen, die op clandestiene wijze naar Genève gebracht konden worden. Ook moet gememoreerd worden de hulp, die mevrouw Wijsmuller aan het kamp Gurs en andere kampen in Zuid-Frankrijk bracht, door daarheen persoonlijk levensmiddelen en medicamenten te gaan brengen.

Het is hier de plaats, om ook de actie van de heer Millenaar te vermelden, die voor de Nederlandse Regering werkzaam was aan het Zweedse Gezantschap te Berlijn. Van hier uit heeft de heer Millenaar,