Uit de geschriften van opperrabbijn Tobias Tal

Titel
Uit de geschriften van opperrabbijn Tobias Tal

Jaar
1954

Overig
Redactie: opperrabijn Justus Tal

Pagina's
142



We zijn er binnen. Een hoog vertrek. Hooge, ronde boogvenster-nissen, met groene gordijnen behangen. Een breede schouw met blank geschuurden haard er onder. Ziet ge daar, boven de schouw, te midden van het houten snijwerk, het verkleurde zwart geworden, maar toch nog duidelijk zichtbare schilderstuk, voorstellend: het eerste recht van Salomo?

Op hetzelfde oogenblik, waarop Rabbi Abraham van Worms op het houten bruggetje aan de Oude-schans met Anschel Rood stond te praten — bevonden zich in het vertrek, dat we zooëven binnentraden, twee mannen.

Waarde hoorders, ge moogt in uwe gedachten wel even opstaan, als ik ze noem. Voor het eene venster stond een hooge, indrukwekkende gestalte, nog betrekkelijk jeugdig van voorkomen, in fijn la-kenschen mantel en kleinen driekanten hoed. Het is Rabbi Jitschak Aboab da Fonseca, de Chacham en de gevierde prediker der Portu-geesche gemeente. Met belangstellenden blik beschouwde hij het nieuwe exemplaar van den gedrukten Talmoed, Traktaat-Berachot, dat hij in de hand hield. O hoorders! Blijft niet zoo koel bij dien aanblik, want dit exemplaar was ik. Heden ochtend was mijn laatste bladzijde van de pers gekomen; spoedig waren mijne verschillende deelen, al die dicht bedrukte vellen ineengenaaid, en nu trilden mijne bladen onder den druk der vingeren van den geleerden Rabbijn Aboab.

Daar hief hij het hoofd op, dat interessante hoofd, met eenigszins donkergeel gelaat, zwarte oogen, langen edel gevormden neus en spitsen zwarten kinbaard. Hij wendde het gelaat naar het andere venster en welluidend klonk het in het Spaansch:

„Welnu, Rabbi Saul, nu zal Talmoed Tora bloeien, wij drukken nu zelf Gemara’s; waarlijk, we kunnen met de Pesach-Hagada uitroepen: Baroech Hammakoom, haroech hoe, baroech sjenatan Tora leammo Jisraël..

— „Welzeker”, klonk het van het andere venster, „en ge moogt nog verder lezen: keneged arba-a hanim dibbera Tora, tot allerlei leerlingen zult ge moeten spreken, niet alleen de Chacham zal er voor zitten, ook de Rasjang, en de eenvoudige Tam. zoowel als ook hij, die niet eens iets vragen kan.”

59

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.