Rosj Hasjanah en Jom Kippoer

Titel
Rosj Hasjanah en Jom Kippoer

Jaar
1940

Overig
Auteurs: Sieg Gitter en Leah Gitter-Neubauer

Pagina's
84



Het eigenaardige intensieve naar-binnen-dringen in het woord ontbreekt bij de gewone mededeling. Nooit wordt het zelfstandige karakter van het woord zo gevoeld en doorleefd als in het gebed.

Bij het gebed kan men twee uitgangspunten nemen: de tekst van het gebed, en het eigen ik, de eigen gevoelens. Het eerste uitgangspunt biedt meer perspectieven, omdat het den mens nieuwe ideeën en inzichten brengt. Daartegenover kan een uitgaan van het subjectieve gemakkelijk tot beschouwing van — en verstikking in het eigen ik leiden.

De begrippen, die het goddelijke aanduiden, kunnen niet omvat worden door het menselijke bewustzijn; zij eisen een reinheid van ziel, die niet bestaat. Zelfs een aanduiding van het goddelijke is voor den mens een buiten-zich-zelf-treden. Iedereen die bidt, weet, hoe een ernstige zaak het uitspreken van de tekst is, want het woord is geen werktuig, maar het evenbeeld van datgene, wat het wil noemen. In het gebed komt het daarom soms tot een botsing met het woord. Het is dan, alsof men zonder erg op een knop drukt, en een geweldige machine plotseling in beweging komt.

Door deze spanning kan de betrekking tot het gebed dieper, het weten omvattender worden.

Wanneer het woord te weinig ruimte biedt voor het overvloeiende gevoel, geeft de biddende zich over aan de melodie, de meest directe uitingsvorm. De golven der melodie verheffen het woord zo hoog, als het uit eigen kracht nooit zou kunnen stijgen.

Bij geen andere uitingsvorm ondergaat de mens zo vaak als in het gebed de wanverhouding tussen het verlangen naar uitdrukking en de middelen daartoe. De ontoereikendheid van de middelen, om het gevoel uit te drukken, is zo tragisch, dat men het reeds als genade gevoelt, wanneer men de richting kan omkeren en zich kan overgeven aan de bestaande tekst. Dit is geen ontrouw tegenover zichzelf. Want het woord is niet iets om na te spreken, maar het is een kracht, die men zich eigen moet maken. Het opwekken van het gevoel door het woord is even elementair als het vinden van een uitdrukking door de emotie.

Wat het woord niet meer tot uitdrukking kan brengen, uit de mens door een gevoel van machteloosheid. Naarmate de nood, waarin men door deze machteloosheid geraakt, groter is, wordt de mens zelf meer uitdrukking. Bidden is meer dan een mededeling doen, en de mens is meer dan het woord.

Echt bidden is dus niet een spreken, maar een gebeuren. De mens weet niet precies, wat met hem gebeurt. Het begin

10
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.