6 DE GELUKKIGE FAMTT.IE EN EEN VOOR EEN.
En andersom: volg den uiterlijken gang van het ingewikkelde of onverstrengelde gebeuren en ge doorleeft weer geheimzinnig-onverhoeds, maar onder de helderst-verhchte aspecten, het geheel naar eigen aard en aanleg geïndividualiseerde bestaan van ieder mensch aizonderlijk, en van de figuurgroepen te zamèn, in het gebeuren opgenomen of er door omgeven. Voelt ge van zulk een levensuitwisseling tusschen mensch en milieu niet gretig de bekoring?
Het leven der dingen barst vol overvloed open in de zielen der menschen en ieder schepsel stort zijn innerlijkheid uit in wat hem omhuift. De lijn, de kleur, de tinteling, het licht, het duister der verschijnselen, ze leven met de ziels- en emotie-bewegingen der personen mee, als een ademtocht. In deze omwaseming van mensch en ding leeft verhevenheid, een verhevenheid die van het grootsch-eenvoudige ópstijgt naar het zonnegoud der visioenen. Deze verhevenheid omvat twee waerelden: de realiteits- en de verbeeldings-waereld. Ze is stout-werkelijk en tegelijk universeel en symbolisch. En daarom staat een mensch als Jan Croes, de eenvoudig-stoere, sterke, nochtans tragische en afbrokkelende, de Amsterdamsche burgerheer, toch met een schamp goud van het eeuwigheidslicht op zijn beschenen tronie, in onze kunst. Om heel zijn werkwijze blijkt Robbers zulk een voortreffelijk psycholoog en een, tot het merg-dringende menschenkenner; daarom is hij zulk een zeldzaam fijn, hevig-ontroerend zielespeurder vol beklemmend-mysterieuze vondsten en zulk een breed-episch menschenschepper, — gelijk Holland en ook het buitenland er slechts enkelen bezitten. Robbers boeit onmiddellijk door de atmospherische, vaak sombere pracht van zijn kunst. En niet het minst door zijn psychologisch-dramatisch vermogen, waar doorheen zich een soort van lyrisch sensualisme mengt. Bij hem is Pierre Louys raak: ״La sensualité est la condition mystérieuse mais nécessaire et créatrice, du développe-