92 GROOTE FIGUREN
gebracht. Doch weer heeft Huizinga gelijk, wanneer hij wijst op figuren en grillige idee-bewegingen in de Middeleeuwen, die het ״nieuwe" der Renaissance in kiem, of zelfs in een vóórontwikkelingsstadium reeds lang in zich omdroegen.
XIV
Nu mijmeren wij na: hoe was een Dominicaan Girolamo Savonarola eigenlijk bestaanbaar, met zijn fabelachtigen invloed en volksgunst, midden in de Renaissance1?1) Deze geweldige „vendaal" striemde geest, geleerdheid, praal der Renaissance. Met hem dus weer terug tot de Middeleeuwsche cultuur? Neen, toch niet... want boet-predikend striemde hij ook de verdorvenheid van het Pausdom met geheel andere tendenzen dan vroegere hekelaars van Pausen en kerkelijk wanbestuur. Van Zijne Heiligheid (Alexander VI)1), beweerde hij vierkantweg dat deze heelemaal geen Christen was. Savonarola, de kloostermonnik, verdoemde in zijn visioenaire boet-preeken, laaghartige simonie, concubinaat, misdadigheid van aartsbisschoppen en het Hof van Ferrara. Boven Rome en Jeruzalem, hoog in de hemelen, zag hij vurige kruisen gloeien en zwaarden vlammen. Savonarola's gluiperige en openlijke vijanden, als Fra Mariano, als Vorst Lorenzo, als de Arrabiati, die hem marktschreeuwer, oproerling, gek en gewetenloos beeldstormer scholden,
1 ) De Katholieke kerkhistoricus Ludwig Pastor, in zijn ,,Geschichte der Päpste", hekelt de misdaden van dezen Paus heftig, als wereldlijk vorsti als kerkvorst brengt hij hem hulde. . . Savonarola vonnist Pastor onvoorwaardelijk.