15 GROOTE FIGUREN
Broeder Leo teekent Sint Franciscus mooier dan Thomas van Celano, verklaart Sabatier.1) In ditzelfde hoofdstuk, paragraaf 6, schrijft hij ook over de betrekkingen die er bestaan tusschen ״Spec. Perf." en de ״Legende" van Bonaventura (״Spec. Perf." pag. CXXX).
In Sabatier's ״Préface" van ״Spec. Perf." zegt hij o.m. over Celano: ״.... mais son travail, d'une bien meilleure latinité, est 1'ceuvre d'un disciple, et non celle d'un compagnon".
Volgens Sabatier vertelt Celano niet uit eigen aanschouwing, doch uit al wat hij van anderen hoorde.
De beroemde Franciscus-kenner Little verzet zich tegen Sabatier's beschouwingen over Celano. Over de waarheidsliefde van Thomas van Celano, oordeelde Dr. Karl. Muller indertijd al zeer scherp, in zijn ״Anfange des Minoritenordens". Een oordeel over Müller, geeft Fr. Fidentius van den Borne, waarnaar hij in zijn studie over Franciscus, opgenomen in ״Collectanea Franciscana Neerlandica" verwijst.
Mno Tamassia2) komt in 1906 ״aantoonen", dat Celano's ״Eerste Legende" alle historische echtheid mist (״La première Légende n'avait aucune valeur historique" ! !!). Daartegenin kletteren weer de woedende zwaarden van fanatieke verdedigers. Vooral het zwaard van Ëtienne Gilson klinkt machtig. Hij zegt: Celano vervormde, verzweeg,... vraag je af, of de persoonlijkheid van den Heilige, gelijk Celano hem gaf, niet een voortbrengsel is van Celano's brein... Masseron voegt er aan toe: .. .toch verdient Thomas
1 J Hiertegenin verklaart een even groot Franciscus-kenner! Beaufreton, in de ״Appendices" van zijn boek ״Saint Frangois", p. 287! ״Quant & moi, je n'hésiterais pas un instant èi affirmer le contraire...."
2 ־) Pater van den Borne rangschikt N. Tamassia onder de meest anti-kerkelijke historici van dezen tijd, (p. 61 ״Collectanea").