110 ARON LAGUNA
Lisa׳
Roset is een engel — niet ddt trotsch! B a r u c h.
Een mensch most eigenlijk nóóit spreken. — Of je lacht of huilt... het is tóch alles hetzélfde.
Lisa (verbaasd). Zóó neerslachtig heb ik jou nog nooit gezien — jij mit je troost in je geloof en je Talmud...
B a r u c h.
Geen wonder — geen minuut is me Aroon en Baruchie uit m'n gedachte! Daar ligt 't schaap nou ... kan 'k niet ééns bij 'm! — En voor Aroon mag ik niks zeggen. — Vanmorgen vertelt Aroon me nog, dat ie weer over 'n paar dagen naar z'n eigen woning gaat.
Lisa (verschrikt).
Warachtig ?.., O, die vrouw... die vrouw!... Over d'r einde van d'r dagen zal ze...
B a r u c h (haar onderbrekend).
Stil Lies ... verwensch niet — kijk naar Aroon. — Geen wóórd kwaad spreekt ie ... van héér niet en van hém niet. — De rechte soort! — Ik docht: nou staat ie alleen... nié? — zónder kind ... zónder vrouw ... nou komt ie naar mijn toe? — Ah geen gedachte! — Hij leeft alleen voor zijn ideeën ... of hem zélf niet de gróótste ramp overkomme is!... (breekt af). Wat is 'r toch een rumoer op straat?