Saul en David

Titel
Saul en David

Jaar
1914

Druk
1914

Overig
1ed 1914

Pagina's
129



11

SAUL (wild tot Jonathan en naar zijn speer grijpend.)

Zend wég dien flemer... wég!

Want bjj den Heer... 'k vergeet mijzelf! (Allen wijken ontsteld achteruit, uit vrees voor Saul's toorn.)

Jonathan.

Mjjn vorst, bezin n.

't Volk daarginds is vol verlangen

uw aangezicht te zien.

Het wil uw troost,

het wil uw zeeg'ning. Ge zijt hun koning, ge zijt hun richter. In eenzaam jammeren slinkt uw dag. Gij schuwt de menschen. — Uw argwaan is als donk're rots, vol spleten, holen, kronk'lende gangen. Dees' man van Bethlehem

is diep gebogen voor zijn vorst. Nochtans zijn mond spreekt vrq

en ademt onbeklemd. — Zend hem niet weg, mijn vader; uw volk zou duister mompelen

van Saul, zijn held en krijger. —

Bethlehemiet (glimlachend van geluk naar Jonathan; dan weer zich richtend naar Saul, die gemelijk luistert.)

Ik kom van Izay, van Davids vader...

Saul (in een ruk zich opheffend.)

Van Davids vader?... Ziehier mijn zoon,

den sprinkhaan en den kruidworm saam. Wou hij zijn zoon terug?

Het kleinvee loeit van angst! Hem dekken voor gevaar? Zijn bloed is David, maar Michal mijn.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.