47
keeren van het hartzeer, en met prangender berouw en inkeer. Corry dacht natuurlijk dat zij dood was voor hém. Maar het bleek een valsche misleiding van gekrenkte jaloezie. Want na die vreeselijke scheiding, die vermorzeling, had hij in het diepste van zijn ziel geen uur rust meer gekend. Corry, — hij wist, hij voelde, hij hoorde het, — had gesnikt en gehuild in beschamende stilte en eenzaamheid. Maar ook hij, nacht aan nacht. Ook in hem was het één weenende jammer en heimwee, al verborg hij soms al zijn innerlijke ellende achter dolle verkwisting van levenskracht. Waarom was hij met Heintje Punt op stap gegaan? Omdat zij zoo vreemd-zoet naar nagelbloemetjes rook?... Nee,... alleen om Corry te kwellen. Hij speelde de onstuimig-verliefde, al deed het hem smart voor de schuchtere, zachte Heintje. Want zij was mooi, heel rank en zij danste zoo eenig-gekloft, met heel haar verstild-vurigen aard. En haar neusje stond zoo fijn-spits op haar zoentoet, als ze trippelde op de keitjes! Och, zijn wrok immers tegenover Corry, was Karei heelemaal kwijt. Had zij, half dronken, geklonken met den Engelschen zeeman en hadden zij gevrijd indertijd? Oele! Haar heerlijke gouden haarwrong was onder het worstelend geweldplegen met de overrompelende, woeste kerels losgeraakt... Oele! Hij was geen vermaledijd zweetertje in den blauwen maneschijn meer. Een Onze-Vadertje er overheen gepreveld,... uit was de tortuur! Wat Neeltje Terwee, wat Heintje Punt, wat Aaltje van Nelis,... blond of zwart, blank of bruin!... Corry, Corry, Córry moest en zou hij hebben, nu en voor altijd, altijd! Hij lachte, Mooie Karei, weer kinderlijk en gelukkig, tegen iedereen. Hij huiverde over zijn heele lichaam. En ook hij smeekte, — gelijk Corry toen gedaan had, eenige jaren her, zonder dat Karei het vermoedde, — ook hij smeekte in zichzelf iederen dag God en alle Heiligen, dat het weer goed mocht worden tusschen Corry en hem.
Juist daarom was hij nu hier gaan wonen, in de enge en wemelend-drukke Goudsbloemdwarsstraat, vlak tegenover Frans en tante Nel.
Gekloft: fijn. —