De Jordaan, Mooie Karel

Titel
De Jordaan, Mooie Karel

Jaar
1925

Overig
5ed

Pagina's
513



386

kosthuis, om zijn schralen maaltijd te verorberen. Slechts één ding hield hem nog staande. In de buurt van zijn kosthuis, in een breed-stil straatje, lag een aardig café waar hij toevallig wat Hollandsche couranten kon lezen. Doch het alderliefst bleef hem daar het zwijgend saamzijn met de eigenares; een heel mooi vrouwtje met een droomerig-zacht meisjesgezichtje. Haar man was al bij het begin van den oorlog in Rusland gevallen. Het wierd nu drie jaar dat hij gesneuveld was. Doch haar rouw had zij nooit afgelegd. Dat trof Frans heel diep, als een zoete gehechtheid aan het smartelijk-voorbije. Haar stil-mijmerende rouw gaf het weeuwtje een soort van vrome kuischheid die Frans nog nooit zóó ontsteld had mee-gevoeld. Zij was geen bij-de-hande-bazin; zij was geen vrouw gelijk hij ze vroeger met Max Huisinga zoo dikwijls ontmoette in koffiehuizen en bar's; die met bepoederd gezicht, de borrel-klets van de dubbelzinnige, zwetsende kerels aanhoorde, ieder oogenblik met den zwaar-goudberingden vinger gereed een vinnigen tik te geven, als een schunnigerd haar lichaam met wulpsche pret wou naderen. Ze was ook geen buffet-juffrouw-met-allures-van-een-dame, die zoo dun-verwrongen, ijselijk-fatsoenlijk met spits stemmetje spreken en toch veel verdachte heeren-kennissen bergen kon. Het weeuwtje paste in het stille straatje, in de stille, behaaglijke omgeving, omdat het een rustig café'tje was. Voor de toonbank of aan tafeltjes, dronken vluchtige bezoekers hun biertje en gingen dan weer gemoedelijk en stil heen. Frans voelde in haar omgeving zich niet meer... een vreemde; minder nog,... in een café waar je kwam om centen te verteren. Het leek hem of hij het weeuwtje al jaren lang innig-goed kende. Vooral hij wist er zich veilig en op zijn gemak, omdat er geen zanggekrijsch en getrompetter galmde van gramophonen en geen vanzelf-trommelende orgels of roffel-piano's rond-bonkten. Zij zat, het mijmerend-mooie weeuwtje in den rouw, aan een groote ronde tafel, midden tusschen kleine, heider-gedekte tafeltjes langs de ramen. Daar bracht zij Frans altijd zijn glas ״Helles", met haar, onder beschroomd glimlachen

Helles: licht bier. —

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.