265
Karei Burk had heel veel vroeger, in een soort van daemo-nisch-gelukzalige onwetendheid geleefd. Tót hij Corry ontmoette. Toen was hij al zijn innerlijke rust kwijt. Zijn woeste vagebondage bleef wel, maar overal in zijn diepste en verste gedachten tastte hij Corry; sloop er weemoed in hem rond. Na het vreeselijke verzet in ״De Gele Ballon" voelde hij niet meer zonder haar te kunnen leven; wierd hij gekweld door een schrijnend smartverlangen. Hij wou Corry, Corry alleen, óf van alles af! Hij vermocht zijn drang niet opnieuw in zinnelooze onrust en zelfbedriegerijen te ont-loopen. Het snakkende verlangen brandde tranen in zijn oogen en het kwelde, het martelde hem dag en nacht. Hij, de onverschillige, zocht kwijnend naar allerlei verzoenende inschikkelijkheden. Het was niet meer het zieke, verterende zinsgenieten dat hij najoeg; dat hem duizelend-dof, ont-goocheld-kil en afgemat achterliet in zijn alles-wegwisschende ellende. Bij de gedachte aan Corry ontsprong een tintelende kracht heel zijn hevige en ongebreidelde wezen. Hij wist nu waarom het ging. Onder het gedrang en het geraas van de menschen had hij eerst zijn beangstigende liefde-drift getemd en verborgen, tot hij zich aan niets meer stoorde. Met heel zijn stormachtige en blindwoeste oproer-natuur had hij Corry teruggestooten; met een gelouterde, onderworpene en geslagene natuur begeerde hij haar, ge-smoord-weenend, terug. Hij wou weer in het bezit van zijn volle opgewektheid, van zijn gulzige vroolijkheid leven, maar Corry moest naast hem staan. Zij had hem eerst heet gekweld met haar zelfzuchtige gedragingen, met haar hatelijke scherpte en haar weerspannigen spot. Na het gebeurde op den Dijk, leek ineen alles veranderd. Toen begon zijn eigen gruwelijk hunkeren, haken en snakken naar de meid, en leek zijn geschokte ziel nog meer geteisterd dan ervóór. Zij wierd hem een engel, en terwijl zijn treurhart in schrijnenden nood om haar riep, vluchtte die vrouw van hem weg en speelde zij het ondoorgrondelijke spel met hem van: bejaag-me-wel, bejaag-me-niet. Alles goed achterna-gekeken, voelde hij zich