De Jordaan, Mooie Karel

Titel
De Jordaan, Mooie Karel

Jaar
1925

Overig
5ed

Pagina's
513



ig6

van zijn wandelstok naar een bovenwoning, waar een dienstmeisje half ontkleed, door een verlichten gordijnkier heen-gluurde. Ook zij keken en lachten, en dan heel langzaam, bijna onwillig, met een loome onhaastigheid, Harmen spelend met zijn rotting, Daan zijn stokje heen en weer wiegelend op zijn dijen, slenterden zij de straat uit. Doch om den hoek van een dwarsbeisje schoven zij dichter bijéén en maaiden ze alsof de duvel op hun hielen zat.

Zoo doorspeurden zij avond aan avond de mooiste buurten en rijkste wijken. Het bracht Frans al koortsiger afwisseling en al avontuurlijker spanning. Onder een soort van gevoels-beneveling leefde hij toomloos voort en in dien toestand eerst, vond hij het de moeite waard te bestaan. Er zonder verzonk hij in zwaarmoedigheid en suisde er om hem heen een angstige stilte.

Op een avond waren zij juist in een huis gereed met den rommelbuit en klaar om te vertrekken, toen Harmen, door het glazen deurraampje heenloerende, zag dat een slaume-duikelaar van een Veiligheids-dienst vlak voor de stoep waar zij af moesten, breeduit stond te kletseneeren met een latkip. Geschrikt en benard duwde hij de jongens achteruit. En hij wees met ontstelde gebaren, dat zij terug moesten gaan, de kamer in. Het duurde éven. Daarna sloop Frans op zijn teenen naar Harmen toe. Hij hoorde veel scherper dan Huisinga. Met zijn oor aan het sleutelgat begon hij te luisteren naar wat die twee daar buiten stiekempjes te bedisselen hadden. De Veiligheidsmensch kletste over ditjes en datjes met den glimmerik. De driftkop Harmen wou een dolheid doen, in wanhoop. Maar Frans, in listige streken hem den baas, gaf hem een tik op zijn mond. Hij ervoer immers dat zij niet het minste vermoedden en geen onraad snoven! Frans hoorde het beklemde hijgen van de jongens in de diepte van de gang. En hij zag zonder te zien, hun oogen op hem loeren. Want nu begon het toch ook in zijn eigen hersens koortsig te broeien! Tjonge-tjonge, een zonderling geval. Als die kerels zoo kalm de-honderd-uit bleven kletseneeren, dan

lSeisje: straatje. — Maaiden: liepen hard. — Latkip: politieagent. —

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.