66
goddelooze werd eindelijk gewroken. Daarom gedoogde het Opperwezen Israël's uitmoording en slachting. Rouw, rouw zou er zijn en blijven; rouw, om en buiten den Klaagmuur. En dat praatte geen héél Zionisten-congres wég!...
Josua snikte mee, en keek zijn broer Salomon met verwilderde oogen aan. Dié onthutste wel, om Josua's smart over het Hebreeuwsche bloedbad, maar hij haalde er, ijzingwekkend, Britsche bajonetten en Bols-jewisme-diplomatie bij. Josua duizelde van al die verklaringen en zweeg.
Eenige dagen later vertelde oom Salomon Rebecca weer van de wereldcrisis en van de Beursmoorden in Amerika. Zijn naïef-gesperde oogen groeiden in zijn hoofd, van zelfontzag. Bij Rebecca hoefde hij niet zijn politieke grootheid bescheidenlijk te verbergen. Bij haar in het donkere keukentje, kon hij kwaadaardig-dapper inhakken op al zijn tegenstanders en belagers. Bij haar kon hij al zijn innerlijke stemmings-wisselingen, zijn vroolijkheid en zijn hoofschheid, maar ook zijn drift en angst, onbekommerd voor tegenspraak, uitzeggen. Hij immers was heel machtig, in kennis van de wereldpolitiek! Hij oreerde breed, streng, met galmstem, over saamhoorigheids-bewustzijn van volkeren, van rechterlijk standpunt bezien. Hij praatte de honderd-uit over sancties en souvereiniteit.
Oom Salomon was werkeloos, had niets om handen. Oom Salomon voelde zich, in zijn lediggang, den Mussolini van de Zandstraat. Zijn stem beierde. Zijn patja's, groot, harig, beeldden in gebaren. Oom Salomon blies gruwelen uit als sigarenrook. Hij genoot van eigen onbestreden grootheid. Hij hing heerlijk te luieren, als in een zacht-schommelende hangmat, in Rebecca's warm keukentje. Op zijn lippen kermde het woord wee, doch hij verjiddischte zijn tragische nood-
lots-profetie in een stoïsch-stootende: adderoy!......
Er was gegokt. De wereld brulde van angst en benauwing... adderoy, Rebec, versta wèl... Tonnen, millioenen kind, rolden omver... mit tronen... Daar wist de koude aarde dusdoende niks van!...
Oom Salomon verhaalde van werkeloosheid onder
Patja's: handen. (Port),