63
righeid,... erfstuk van vader Josua. Zij zelve lachte zacht om hun geschimp en klanjes.
Met buurtknapen ging Rebecca zelden om. Zij hield niet van hun ransig-riekende kleeren, van hun klam-zweeterige handtastelijkheid, van hun snaterende branie en wee gezelschap. De kereltjes begeerden wel opdringerig-zinnelijk haar te naderen, maar Rebecca voelde niets voor hun verdachte gichelpret en hun opschepperig gedoe. Zij stond buiten het na-oorlogsche koortsleven, het schei-jachtige en daverende. Zij ging ook bijna nooit naar bioscoop. Zij hield niet van cigaretten en niet van cabarets. Ze minachtte het lichtzinnige nauwelijks, wijl het voor haar zelve niet bestond.
Leib Melig, een roodharige slungel uit de buurt, met diepliggende, droomerige oogen, en Raf Cahen, een sluiks-loerende, donkere, wulpsche knaap, poogden haar hittig mee te troonen naar dancings, naar uitvoeringen van Joodsche tooneelclubs, naar voetbalwedstrijden of boks-gevechten. Rebecca weigerde, met heel lief lachje van de zijzacht-gewimperde oogen; weigerde altijd weer. Geërgerd en beleedigd scholden of zwetsten ze grof en brutaal op haar ״stijfheid" en haar sjniks; de arme pottegiezerin... mit kouwe drukkie!
Van lezen hield Rebecca luttel. Het stilde haar heimwee niet. Alleen op muziek was zij verzot. Daar kon zij heel ontroerd bij zitten luisteren; werd haar de zichtbare wereld als een adem, zonder grenzen. Verder had zij voor haar vader Josua te zorgen; voor zijn cassére huishouden. Want hij sidderde voor de geringste overtreding van spijswetten. Alles was hem gebod-van-God, heilige aanzegging en bevel. Hij, naar Jesaja's woord, verlustigde zich in den Schepper en in het geschapene. Al heel vroeg trok hij Vrijdag zijn beste pakje aan, na zich boven den gootsteen gewas-schen te nebben en wenschte een ieder: bon Sabbah! Rebecca zorgde voor zijn twee galla-broodjes, op Sabbah, voor den kiddoesj-wijn, voor de Habdala-
Klanjes: ruzie-zoekerij. — Sjniks: trots. — Cassér: naar Mozaïsch reinheidsvoorschrift. — Kiddoesj: wijn, welke bij de inzegening van Sabbath of feestdag gebruikt wordt. — Bon Sabbah: goeden Sabbath! — Habdala: afscheidsceremonie van Sabbath of feestdag.