Het Volk God's, van Armen en Rijken

Titel
Het Volk God's, van Armen en Rijken

Jaar
1931

Druk
1931

Overig
1ed 1931

Pagina's
511



21

Met spotstem, deftige achtbaarheid nabootsend, dook hij onder Josua's baardje in:

— Nou bi jij, niewaar, éérsteklasotterdox!... Haal üit je wins... verdeel je boterkoek... zet óp je hooge mus......

Een stilte talmde. Sem zon op een boosaardig nieuwtje. Eerbiedloos en rauw schreeuwde hij:

— Mot je d'r eers weer Toure over leze?... Halt de peh! Heb je kough?... Zeg ereis, ouwe tobbe... weet je dat je Snooge d'r an gaat, mit holtes en boltes?... Ze make d'r 'n koelhuis van...

Josua voelde een ruk in zijn binnenste, maar hij zweeg verbeten. Wat een gemeene inblazingen!

Valsch-meewarig ging Sem voort:

— Aggenebbisj, je mooie Snooge, Pappie, roove ze je zoo onder je klomp weg!... Heb je geen geroote?... Ze gane d'r 'n koelhuis of 'n danszaal van make... of 'n biëscoop op nachterief... Of ze verhure 't an de Zuijerzee, veur kinderbewaarschool, waasjviel!...

Josua bukte voorover en staarde naar den toren op. Hij rilde; het schrijnde in hem, als heiligschennis.

Sem beukte verder:

— We binne te gesjochte mit ons viere jonges... anders... zoo zal je ״stuk meziek" gezond blijve... anders make wuilie kaskenade... hadde wuilie 'm veur je gekoch!...

Josua's duimen duikelden driftig over elkander en onrustig verschoof hij zijn keppeltje van kruin naar brauwen.

— Maar ja... wie borgt'r zukke arreme blomkooleven ters op 't abetoir... die deur 'n hoepelstang motte springe om wat te verdiene?... Eers mot haarlie arwe kamfer uit hun hemp slepe...

Nerveuzer nog wreven de zware duimtoppen.

Snerpender hoonde Sem:

— vier ingange heb je Christe-Snooge... Hoe méér ingange 'n kerk heb, hoe minder mensche d'r komme!,.. 't Orregel wordt op de Hoogesluis verkoch... Je krijg

Mus: muts. — Toure: Thora. — Halt de peh: mond dicht. — Kough: moed, lef. — Snooge: (hier bedoeld) Zuiderkerk. — Klomp: dikke neus. — Geroote: spijt. — Waasjviel: weet ik veel! — Gesjochte: arm. — Kaskenade: ruzie, — Arwe kamfer (arbang kanfous:) verkleind bidkleed, dat alle vrome Joden dragen, bij de Portugeezen Tsietsieth genaamd.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.