Het Volk God's, van Armen en Rijken

Titel
Het Volk God's, van Armen en Rijken

Jaar
1931

Druk
1931

Overig
1ed 1931

Pagina's
511



150

glanzen, informeerde Truddie bij Sak, bij Salomon, bij Josua met verbrokkelde, nerveuze kronkelzinnetjes, wie er nog ,,als meer" Snooge geweest waren. Giftige prij! Ze kon zoo maar niet afbreken. Éérst nog procesverbaal! De Bueno's van Rapenburg? Natuurlijk!... Zalle er nié weze... Eh... eh... geregeld nachtzwaluws, inabordabel!... Vroeger échte posjem... Noü vroom as 'n mezuza, mit 'n pistool in de nek!... Spelle geregeld de Parasa uit...

TLe. bewreef haar waterende oogen en gromde:

— Ete de nege dage geen vleesch!......Dood-

vroom...... 'n Künsj!...... Magge ze nege dage géén

vleesch, vanwege de treurdage... Of versehe zalm mit kropsla en 'n eitje óók 'n strat is... Enne,... zeg ereis... hij, van Cohen de Lara?... 'n Wonder! Pas sjiwwe ge-

zete...... Enne Aroon Morenu?...... De rechte soort,

anders wordt-ie an ze andere been óók mank! En Tor-diale, mit ze sjikkere neus en ze eeuwige sjakeekes? De vepores sloege'n 'm zóó na ze hoof... En... en Mor-teire? Die rauwe spierinkies at as 'n zeehond?...

Truddie's zuster, de weduwe Aboab da Fonseca, geboren Hereira, lachte zóó woest en hoestend, dat naar hooge boezem puddingachtig meeschudde. Maar de mollige weduwe smikkelde zoet en gromde:

— Narrisjkat!... D'r is toch niks te rolle!

— De rijke Hereira's?... vroeg Truddie tersluiks, op stillen toon, terwijl zij haar oogen van heimelijk roddelgenot vooruit al dichtkneep, om al de dingen die ze nü weer te hooren zou krijgen...

Ay, nog juist op tijd redde ze haar nieuw Jomtob-japonnetje uit een stoelbeknelling van Bram's kant. Z,oo'n snuitkever. De altijd bedaarde jongen keek nu zóó mal verliefd naar Reintje, dat Dwergdrokkie zich rillend schaamde voor broer Josua. Wist de jongen dan niet, dat fuivende Reintje zwarte zijden hemdjes droeg met kanten, strikken en linten? Dat ze flaneerde op het avonddonkere Rembrandtplein, tusschen Jan Hagel en lichtekooien, en zich in kroegen bedwelmde

Posjem: wetschenners. — Parasa: een gedeelte, dat iedere week uit den Bijbel gelezen wordt. — Sjiwe zitten: op lage zetels zitten, ten teeken van rouw, bij overlijden van een bloedverwant. — Sjikkere: dronken. — Sjakeekes: migraine (Port). — Vapores: (Port), dampen. — Narrisjkat: dwaasheid. — Rollen: gappen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.