Het Volk God's, van Armen en Rijken

Titel
Het Volk God's, van Armen en Rijken

Jaar
1931

Druk
1931

Overig
1ed 1931

Pagina's
511



9

in de kruin geslagen. Hij maakt weer ״groot saluut". Hij krulde zich mooi als een girandole. Véél onbegrepens verdroegen zij, lekoved zijn goeiigheid; maar dat, dat stildwepend-onderworpene tegenover alles en ieder, het érgst wel zoodra hij van Zuiderkerk en Zuidertoren iets begon te stamelen, dat kon ook Judith niet uitharden. In snerkende woede sisten, bliezen en jouwden buurtjes om Josua heen... Hereira, die Potte-gies was gek, liep voor een gelletje, speelde het leventje na van Rebbe Awroom. Hij was onverzettelijk van vroomheid en een dommedaris van zachtaardige, maar onwezenlijke gedachten...

Hij, een grauwe sterveling, een gefnuikt klein-kramertje, markt-saugertje-in-verval, door arglistige concurrentjes in aboefare en overal de huig gelicht of weggepest; saugertje, die hier wat kocht, daar wat bedisselde met schriel negotie-uitschot, verkeerd-geweven kousen en sokken, wat geschonden ondergoed, — hij wou als een wolke vóór de zon drijven? En toch, toch, heel in het verborgene wurgde Josua een hevig-godvruchtige begeerte, een happende angst, een zalig heimwee naar den hemel, naar het tijdelooze, naar den Almachtigen God, die Israël door alle wereld-rumoer, door moord, vuur, verdelging en uitroeiing, in alle eeuwen, grootmoediglijk bewaard en geleid had. Maar Hereira's barbaarsche kinderen, —■ spotters en godschimpende jongens, bijwijlen den asjmedaï te erg, — mochten van dit stil-brandend heimwee, — zijn ,,benevelingen", — geen snars weten, zoolang het deksel nog niet op zijn kist gespijkerd stond. Niemand mocht iets weten van zijn binnen-in-stille-vervoeringen bij het begoocheld luisteren, uit de verte, naar orgelschal of bazuin. Zij mochten alleen weten, dat hij een goede Jehoedie was, die zijn plichten deed, in en buiten de Snooge; dat hij mijmerde over zijn Thora-boeken; dat hij zijn oud-gelen ,,Kandelaar des Lichts" liefhad; dat hij hanepooten schreef en zelden iemand in het gemoed kwetste.

Lekoved: ter eere. — Pottegies: Portugees. — Voor een gelletje loopen: voor spot loopen. — Rebbe Awroom: een bekende Amsterdamsche Ghetto-Jood: zeer vroom en edel van ziel. — Saugertje: koopmannetje. — In aboefare: met overstelping (Portugeesch) — Asjmedaï: duivel. — Jehoedie: Jood. — Snooge: Synagoge. — Thora-boeken: De Vijf boeken.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.