231
kennissen. Van diens geslepenheid en schrandere schurkerij had ie alles geleerd en deze advocaat had hem ook haarfijn uitgelegd, hoe ver ie gaan kon. Met hèm had ie 't wetboek van koophandel van a tot z doorwerkt en de meest spitsvondige gevallen-zwenkingen gemaakt tusschen al de bepalingen en daarna punt voor punt uitgeplozen, 't Had hem 'n bom duiten gekost, maar in vlagen van sympathie kon ie voor eigen geestelijk sjacher-genot veel over hebben. Hij vond in dat juridisch steekspel, in dat vernuftig wegglijen door de mazen van het wetten-net een zwelgende genieting. En het vurig-fonkelend peroreer en van zoo'n adkokaat, dat toeslaan en dekken, dat uitvallen en inkrimpen, dat afweren en striemen, om voor te knielen. Voor recht en onrecht voelde hij geen zier. De kamper, die 't sterkst, 't machtigst, 't sluwst bleek, die had zijn hevige sympathie. Venijn en scherpe, vlijmende listigheid vond hij bezittingen van grooten rijkdom. En als eerlijkheid tot rijkdom bracht, keurde hij die ook goed, wanneer 't resultaat maar felle macht gaf. — In z'n éigen woeker-zaken vertrouwde hij toch, ondanks wetten-kennis, 't meest op zijn éigen demonische intuïtie en zijn spontaan speurend, achter ieder gevaar en geheimpje raaktastend döordringings-vermogen. Hij beleende alles op 'n geheel eigen manier, waar ieder zich aan te onderwerpen had, die door hem geholpen wou worden. Hij beleende groote particuliere bibliotheken, diamanten, antiki-teiten, schilderijen van ontzaglijke kunstwaarde, om bij de geringste storing in de aflossingstermijnen met onvermurwbare koelheid tot verkoop over te gaan. Dan bleef hij op zijn hoede tegen iedere overrompeling en spartelende gevoelentjes van fatsoen en meêlij.
Al die woekerzaken en geldschieterijen brachten hem schatten op, want nooit stond zijn affaire stil. Hoe meer ze hem uitscholden en met felle verachting behandelden — hij gevoelde schijnbaar geen beleedigingen in zaken — hoe gauwer ze weer bij hem terugkwamen en kennissen rekommandeerden.
In z'n wisselkantoor had ie 'n mannetje gezet, maar z'n innig-listigst woeker-werk deed ie alléén, in gloeiend wan-