65
dan buite.... aha ! mevrouw.... aangenaam.... aangenaam.. Soonbeek, ik heet Soonbeek.... Soonbeek !
Beleefd boog ie.
— Blijft u rustig zitte, mevrouwtje.... rustig aan he ? .. .. wat ruiken de oliebollen lekker hier.. .. ja, hm, hm.. .. hept u ze hier.... aha, menéer ?.. ..
— Veldhuis, — stelde Frans zich zelf voor, stijfjes van z'n stoel ópschutterend met 'n kop als 'n boei, kleurend voor den bankier, die fijntjes lachte om 't toegetakelde, aardappelschille-hoofd van den mager-neuzigen Frans.
— Soonbeek, aangenaam.... tjonge, tjonge.... nou nog lekker warme puns.... lekker warm.... weet u.. .. warm.... warm !.. .. dat zou 'n zaakje wezen.... 'n echt zaakje.
Louise had den bankier den minst-manken stoel toegeschoven, en lekkertjes, alsof ie op 'n sofa zich schurkte, zette ie zich neer, leunde achteruit en wreef zich behagelijk tegen de krakerige leuning. Z'n mond lachte, lachte vreemd en éven-spottend. Louise zei 'm, dat de bollen bij de Hoenders geurden, ze tot haar spijt geen pons en oliebaksel kon aanbieden. Er kwam wat onthutste stilte en diskourshapering en Soonbeek haalde z'n zwarte broek over de knie óp, uit zorg voor kreukingen. Maurice liet 'm kalm uitblazen, bekeek z'n onnoodig gemorrel aan 't liggend boordje, dat uit z'n rust, met nerveuse duwtjes heen en weer gerukt werd. Frans was naar den schoorsteenhoek gestapt en had zich in één smeer al de aardappelschijfjes van 't voorhoofd en de slapen gewreven, 't Was toch erger gêne geweest en maller gedoe dan ie zich had voorgesteld.
Louise vroeg zacht-zwak, wat Soonbeek gebruiken zou.... wijn of koffie ?
— Nou, mevrouwtje, als ik 't voor 't zeggen heb.... dan 'n lekker bakje koffie, mevrouwtje.. .. en de wijn voor 't oue in 't nieuwe, hè ?.... Wat dunkt u van m'n voorslag.... mijn voorslag ?.. .. mijn voorslag ??.... en nou is 'n heet kommetje.... 'n genot, bepaald 'n genot.... 'n genot!.. .. 'n genot!!....
Soonbeeks stem klonk scherp en sóms pieperig toch, als