io5
den eersten keer, van hun zoontje, waren ze weer in diepste overgave tot elkaar gekomen, had hij gevoeld, dat Louise den kommer, hoe schokkend en verschrikkelijk ook, liever droeg dan de vooze extase der vroegere weelde-poseurs. Z'n fijnste en diepste leefaandacht gaf hij hè.ar, om haar geluksvertrouwen te onderspannen met zijn kracht. Al was er nog zooveel gebrek nu, er zou, zóu verbetering komen. Er leefde in hem een schrijver, een kunstenaar. Hij was heelemaal niet geknakt door de spot-hoera's bij de verschijning van z'n eerste verzen. Hij wist 't, dat hij iets zéér subliems en heel-fijns had gewild, iets diep-oorspronkelijks, al was z'n poging mislukt. Eéns zou ie zich wel uitspreken. Even drie en twintig was hij net ; het zou en móest beter gaan. Louise zag iederen dag z'n innigheid uitbloeien, ook in de navrantste ellende. Hij beschermde haar, 's nachts, 's avonds, op den dag, en alles wou ie voor haar doen. Als ze maar moed hield, moed en in hem geloofde, in z'n geweldige kracht. Als ze maar niet melancholisch instortte. Ja, de jongens zaten hèm dan ook dwars, maar eerst moest hij zelf er 'n beetje uit, dat ie zich vrijer bewegen kon, en dan zou ie de kereltjes wel ophalen. — Liep ze te schreien, dan voelde hij al z'n energie 't lijf uitvloeien, werd ie zelf machteloos, kregel, zag ie de ellende bloedige wonden scheuren, barstte ie uit of zonk weg in stomme smart. — Dat stille, stille schreien van Louise, 't martelde hem erger dan de ergste hongering. Hij kón 't niet zien.
— Mau, kom je voor 't hapje ?
Louise riep zacht door d'alkoof naar de achterkamer. Hij schrok óp uit z'n peinzen. In den brouwerijtuin warreldwaalde licht, waarvan hij niet af kon staren, en't boomgeruisch zong zoo mooi.
Maar hij rilde van kilheid. — In d' alkoof bleef ie even voor 't bedje van z'n kindje staan, 't Sabbel-smakte op z'n zuigdot, heel in 't donker. Vaag in zwakken weerschijn zag ie nog 't ronde snoetje krampachtig zuigen," hoorde ie slokkerige zuchtjes van z'n ademhaal.
Maurice schoof aan, z'n beenen pijnlijk verduwend tegen