Kunstenaarsleven, tweede deel

Titel
Kunstenaarsleven, tweede deel

Jaar
1906

Druk
1906

Overig
1ed 1906

Pagina's
288



257

van een wondre verrukking, die haar Maurice gegeven had. Daar staarde ze nu heen, als op een gouden vlier-tuin, de gouden lage boompjes trillend in 't glans-licht van den zonnedag, en overal onder de geel-gloeiende blaadjes koerde zacht geneurie, hoorde ze zingen de stem van zoet herinneren. Dat zou haar toekomst-leven zijn.

Als meisje al, had ze gehuiverd, wanneer een verhaal van liefde begon met de zacht-zingende weemoedswoordjes : ״Sou-venez-vous ma mignonne".... Dan zong 't al in haar, zoo wonderlijk droef en zoo zalig toch. Nu zou 't altijd in 'r klagen : Souvenez-vous !.. .. Souvenez-vous !.. .. Souvenez-vous !.. .. En ze zou hem altijd zien ; ze zou zich herinneren minuut voor minuut, hoe ze 'm 't eerst had gezien, ze zou zich herinneren den gloeienden druk van iedere kus.... En ze zou lezen, lezen, ieder woord van zijn werk, en iederen klank van zijn stem, zijn levend geluid daarin dadelijk opvangen als voor haar gezegd. Nu geen leege fastasmen meer, geen droomerij op haar chaise-longue in de schemerzaal. Nu altijd de zalige herinnering in de ziel, en in haar ooren ruischend de zoete zang : Souvenez-vous !.... Souvenez-vous ! Souvenez-vous !.. Dan zou ze nooit meer alleen zijn in haar eenzaamheid.

Maar als ie straks kwam, en ze zou hem zien, dat lieve hoofd, zou zij zich niet weer om z'n hals vastknellen ? Zou ze hem niet smeeken haar niet alleen te laten ? Zou ze de kracht hebben hem te laten gaan ? 't Was toch waanzin zich te scheiden, voor altijd te scheiden van den man, dien ze zóó boven alles liefhad. Haar gelofte was in doods-angst aan 't sterfbed uitgestameld ! Liet ze zich dat toch altijd goed voorhouden. Soon-beek, als hij had kunnen spreken, zou 't zeker sterk afgekeurd hebben, want hoe razend was ie niet op Maurice geweest, hoe jaloersch in zijn genegenheid ? De worsteling om zich los te rukken van haar eigen daad, in wroeging begaan, begon weer. 'n Gelofte was heilig, angstigde 't in haar, en daartegen in weer 't besef, dat ze die in waanzin had gezegd. Maar telkens won 't gevoel, dat ze niet mocht toegeven aan haar verlangen. Ze had geofferd, ze móest nu sterk zijn. Ze zou geen rustige

II 17

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.