Kunstenaarsleven, tweede deel

Titel
Kunstenaarsleven, tweede deel

Jaar
1906

Druk
1906

Overig
1ed 1906

Pagina's
288



253

aan zijn leed en z'n vereenzaming moeten denken. En ze bedacht niets van hem, ze loochende z'n leed en z'n gehechtheid. Als een razende was ze op Maurice losgestormd. O! nü, nü besefte ze eerst in tergende schaamte hoe dwaas, in woeste verbijstering ze zich tegenover Maurice en Soonbeek gedragen had. In haar oogen was Soonbeek 'n beul, 'n hardvochtig woekeraar geweest, met 'n starre, sarrende onbewogenheid, die alleen zichzelf zocht, in de koestering van egoïstisch genot. Dat had ze anders moeten voelen. Want nu lag die verschrikkelijke man toch gebroken door haar verachting, negatie en afschuw.

Ze voelde niets meer van 't demonische in Soonbeek, van zijn doorgalde jaloezie en nijd, van zijn huivergenot voor haar vernieling, maar alleen wat zij zelf voor kwaad hem meende gedaan te hebben. Toen was 't moment gekomen, waarop hij haar aan 't sterfbed liet roepen. Ze stortte in, voor ze nog de trap op was. Dokter en een verpleegster sleepten haar als 'n verlamde naar Soonbeek's bed. 't Sterfgezicht van Soonbeek sidderde een zoo krankzinnigen angst in haar aan, dat ze flauw viel• in de armen van haar helpers. Maar de stuipkrampende hand van Soonbeek tastte in doodsbenauwing naar haar toe, greep haar levenden arm vast, onder roggelend kermen. Ze meende al 'n vervloeking te hooren, waaraan ze dadelijk geloofde, — want al wat 'n stervende zei was voor haar heilig — ze trilde vooruit al, de stilte vóór de vervloeking nog zwaarder als 'n bang geheim voelend dan z'n verwensching zélf. Maar er kwam geen geluid, geen stem, die haar teisterde. Toen, bijgekomen van 'r bezwijming, keek ze hem op 't klamme gezicht, zag zij het smartelijk-stil haar bestaren. Dat gaf 'r in ééns kracht. Heftig rukte zij zich los uit de handen van de verpleegster, en knielde plots voor Jan's bed, zacht-kermend om vergiffenis voor al wat ze 'm gedaan had. De verpleegster wilde haar tot bedaren brengen, maar op 'n wenk van den dokter bleef ze roerloos. In krampachtige opwinding versta-melde Flora haar biecht, haar wroegend berouw, verteederd door ieder kwijnend gebaar van den man, die niet meer spreken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.