45
neemt zich voor met doorzicht en takt zich van zijn plichten te kwijten. Schoon verliefd op Ursula, dochter van den wever Hubertus, wil hij manmoedig zich geven aan deze bemiddelaars-taak, en met liefde in het hart neemt hij afscheid van haar. Dan krijgen we het gansche verhaal van zijn tocht, zijn onderhandelingen, maar vooral van zjjn liefdes-geschiedenissen. Op schier iedere schoone vrouw wordt hij smoorend. In de kerk, buiten de kerk, op straat, in 't klooster, in de vertrekken der schoone spinsters. Het hart van Warhold is een brandplaats van zinnedriften. Hij is zelf schoon en moedig, een edelman van zwier en gracie, maar zijn sensualiteit ontbrandt bij iedere gelegenheid en maakt dezen afgezant en kloosterling telkens tot een dierlijk zondaar en gruwelijk overspelige. Om hem heen staat uitgebeeld het ongetemperde leven der primitieve middeneeuwen met hun ascese en wreedheid. Na Don Juan-omdo-lingen en bekeeringen, sterft hij op den dag der verzoening, in de nabijheid van. zijn eerst verwaarloosde, blonde Ursula.
n.
Nu slechts een groepje aanmerkingen, die, in grooter studie, tot zeer uitvoerige beschouwingen en scherpe ontledingen konden uitgewerkt. De dialogen zijn door een gezwollen en pompeuze stijl-overdrijving tot een caricatuur van middeneeuwsch omgangsleven gemaakt. Niet verlang ik, vulgaire, den hoogeren stijltoon van het geheel brekenden, 't spreek-idioom, dor navolgenden dialoog, maar wèl scheppende saamzegging van sprekenden tot elkaar, zonder bombast en schijn-dichter-lijkheid. De dialoog in Warhold is gansch en al doorstrengeld van Van Oordtsche beeldspraak en