bezinning bij dien groven opvoeder dan exploitatie-zucht. Geen innig vaderhart dat joeg van onstuimigheid bij de voorstelling dat zijn kind wellicht iets wonderlijks en grootsch in stillen, van waereldsch gerucht af-gekeerden bloei, zal gaan doen, maar een leven-verminkende, woedende africht-drift het mannetje te bekwamen; zóóveel natuurlijken aanleg met een felle, meedoogenlooze discipline te onderdrijven, alle verzet en weerzin van het kind te beknotten en af te stooten met wreede strengheid. Wat kon het dien man eigenlijk schelen of de ziel zong van het wonderkereltje,,.. studie, studie, africhting, het Ikje beheerschen, overrompelen, bedreigen, straffen.
Zie, alles is voorbij, Beethoven's vader is dood. Er is geen recht meer van protest. Maar ieder toch die het Beethoven-wezen geheel in zich opneemt en zich inleeft in den tijd van zijn opgejaagde, afgemartelde
55