88 HERMAN HEYERMANS.
Geen Bolland, geen rede-wijze kan hem helpen. I^eest eens, met dit licht op zijn wezen, zijn romans, schetsen, tooneelstukken en critieken en ge ziet nog een ander mensch vóór u dan den ״knappen" en „handigen" realist. Zelfs Kamertjeszonde getuigt van dezen eigen-aardigen gouden mijmertoon in zijn stillere natuur, dat Joodsch-warme, geheel naar binnen-levende, opgesloten met het eigen geheimzinnige zielelicht dat van het innerlijke uitstraalt. Kamertjeszonde is een toonbeeld van stijlloozen stijl en toch zeer boeyend. — Natuurlijk ligt deze spheer reeds lang achter hem. Hoe nederig denkt hij niet over eigen vergankelijken arbeid.
— Ha—ha, giert scherp onaangenaam de dwaas. Gelooven jelui collega's zulk geraaskal? Juist wijl hij zoo vast overtuigd is van zijn groote beteekenis durft hij zich zoo rustig aan de vergetelheid prijs geven, speelt hij het nederig auteurtje. Naïeve drommels, ... .juist door zich zelf niet hoog te stellen en toch te weten dat hij onwankelbaar hoog staat vermag hij ook over anderen met minachting te spreken.
— Halt, nar.... dat heet geen waarheidzeggerij meer; dat wordt perverse ophitser ij, vervalsching van grondinstincten. Heyermans is boven iedere lagere auteursijdelheid uit.
— Haha, sjirpte nar's stem, ijdel als de rest, en hij gnuifde.
Ik herhaal dat Heyermans,____en ik zocht naar de
vergelijking van den bordpapieren haringkop, iets vroeger door den dwaas en feestverstoorder zelf gebruikt.
En de nar grinnikt en zegt hoonend: ... .ik meen het óók niet, o----dacht jij dat ik____ik was?
Och kom,.... als er in Holland drie wezenlijk, groote kunstenaars bijéén zijn, staat Heijermans, wel of niet erkend, tusschen hen in.
Grooter lof kan niet gegeven. Hij is altijd Heijermans. Het schoonst en het klaarst doorlicht, van een