46 VERZEN.
error. (Ik cursiveer, Q.) Plato was essentially a poet — the truth and splendor of his imagery, and the melody of his language, are the most intense that it is possible to conceive. He rejected the harmony of the epic, dramatic, and lyrical forms, because he sought (ik cursiveer, Q.) to kindle a harmony in thoughts divested of shape and action, and he forbore to invent any regular plan of rhythm would include, under determinate forms, the varied pauses of his style." Hoort ge lezers, hij, Plato, wierp de dichtmaten weg, voor de harmoniseerende gedachten die hij scheppen wilde in proza. En toch is hij voor Shelley een der meest wezenlijke dichters in den engsten zin van het woord. Alle bewerkers van idee-omkeeringen in de menschelijke cultuur noemt Shelley groote wézenlijke dichters; niet slechts zegt hij, omdat hun taal, hun woord, saamhang en verwantschap der dingen aantoont en onthult, maar vooral ook om de maatzangerig-heid hunner volzinnen, waarin de muziek van het oneindige weerklinkt. Shelley zelf zegt: „Al the authors of revolutions in opinion are not only necessarily poets as they are inventors, nor even as their words unveil the permanent analogy of things bij images which participate in the life of truth; but as their periods (ik cursiveer, Q.) are harmonious and rhythmical, and contain in themselves the elements of verse; being the echo of the eternal music".
Merkt ge lezer, welk een heerlijk bondgenoot ik heb in Shelley, al meesmuilen de kleine en zure satyr-tjes der vulgaire critiek om de „dwaasheid", het dichterschap ook in diepste wezen ieder groot kunstenaar toe te kennen, al schrijft hij ook niet in zangmaten, versvoeten en op rijm. Zijn eigen rhythme heeft de scheppende kunstenaar en dat maakt hem tot dichter. Want Shelley zegt nog duidelijker: „Nor are those supreme poets, who have employed traditional forms of rhythm on account of the form and action of their