Letterkundig leven, deel 1

Titel
Letterkundig leven, deel 1

Jaar
1916

Druk
1916

Overig
1ed 1916

Pagina's
228



immortellen. 193

De wind mischt er nauw doorhenen door de kamer dagelichtblind, een gordijn ruischt en ruischt alleene bewogen door suizlende wind.

De doode, de teedere doode in de pracht van haar glanzig zwart haar ligt vreemd, als droomde ze bloode op de bloemenomdolven baar.

De zachtblanke de teedere handen liggen samen als baden ze zacht en als boden ze weer de guirlanden de witten, haar lieflijk gebracht.

O leven zoo vroeg mij verloren in uw bloeiende lieflijkheid, wie zal nu mijn leefuur mij schoren wie wordt nu mijn adem gewijd.

En het leven, 't zachtteedere leven dat nu klaagt om de melk uit uw borst dat gedije zijn leven, uw leven, en nu roept u en jammert van dorst.

De gouden, de gulden flambouwen, de blonde, de gulden flambouwen, de kaarsen dooven zacht.

Dit, een der vele gedichten uit het bundeltje, is van een schuchtere vroomheid, een schroomvallig, sober zeggen, waaronder prangende smart toch breed en donker doorzingt. Wel opmerkelijk mag het hee-ten, dat deze socialistische voeler hier in een zeer individualistische smartuiting zijn dichterlijkheid als kunst het gaafst houdt. Daar, waar het hart het diepst geschokt wordt, ontstaan de schoonste klanken en de weelderigste rhythmevormen. Is dat niet teekenend? Zijn de aandoeningen niet het hevigst daar waar ze door eigen smart geraakt worden? Dezen jongen dichter wordt een wond geslagen in de ziel; met een woesten hamerslag verbrijzelt het lot

13

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition).
Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen.


Weergave
Afbeelding / Tekst (OCR)

Alle boeken in deze digitale bibliotheek kunt u gratis lezen of downloaden. Met een vrijwillige donatie helpt u ons met het in stand houden en verder uitbreiden van de bibliotheek. Klik hier als u een bijdrage wilt overmaken.