van stad en land. 135
wezen hevigste tegenstelling van Westersch paganisme en barbarendom.
Toch loochen ik niet gehechtheid aan land en omgeving. Voor mij is er atmospherisch niets mooiers dan ons zilver, luchtwijd Holland met zijn polders en bosschen, zijn grijze zeeën en zware, angstige of klaargloey-ende hemelen, en zoo zal voor den Spaanschen dichter het vuur van zijn in zonnerood gedrenkte bergen een heimwee der ziel gevangen houden, dat wij niet zóó verstaan op Spaansche plek. Maar als hij er van zingt, zingt ook onze ziel méé. In engeren zin is er dus wel invloed van klimaat, omgeving, atmospheer, opvoeding, maar speciaal-Moorsche vaderliefde en speciaal-Spaansche moederliefde, of speciaal-Hollandsche vaderlandsliefde, of speciaal-Italiaansche haat bestaan m. i. niet. Hartstochten zijn geen kweeksel van een bepaalden grond. Zoek in Spanje meloenen en citroenen, goudkleurig aangegloeyd door zonnebrand, zoek in Italië dauwdruiven en broeyend-roode granaten, maar zoek er geen speciale Haat-Vendetta, geen speciale liefde of jaloezie. Temperamenten zijn er stellig en het klimaat kan het bloed verhitten of verkoelen, maar de wraak van een geminachte vrouw, of een gekrenkt minnaar kan zich in de Schapensteeg even fel, even onstuimig uiten — zij het dan ook minder ro-mantisch-decoratief — als in den schemer van een of andere Venetiaansche lagune. De menschdriften en menschverlangens worden door één cohesiewet be-heerscht, aan het neusje van Groenland, precies zooals op den nevel-zwaren but' Montmartre.
Slechts in één geval mag men spreken van rassentiment, als men er iets zeer individueels mee bedoelt in gunstigen zin. Het slechte, onaangename en negatieve hebben alle rassen en alle menschen gemeen. Men kan met katholiek voeler, b. v. iemand bedoelen als Dante, Gezelle ;daarmee aanduidend de smettelooze zuiverheid