4 INLEIDENDE BESCHOUWING.
blad heeft aangevangen en gegrondvest; omdat hij het nieuwtjes-verslindende publiek, het alles-betas-tende en alles-omwoelende publiek, manmoedig durfde weerstreven, in zijn vergrovingsneigingen naar sensatieprikkels en zijn duldelooze oppervlakkigheid beschimpte; omdat hij het publiek dat het essentieele der dingen uit een instinctmatigen angst voor striemende levensonthullingen weert en slechts zeer weinig van het groot-menschelijk gebeuren innerlijk verwerkt, dwóng, met zijn ernst, zijn stil-tartenden spot en hoon, letterlijk dwóng, lief- en darteldoenerij tegenover wezenlijke schoonheid en diepe kunst schaamvol óp te geven. Zoo klaarlijk ging Sainte Beuve uit van deze, in zijn tijd eenigszins roekelooze hoofdgedachte, welke hij als een bel het rinkelen rond de ooren zijner ópgeschrikte luisteraars: ook een beschaafd dagbladlezer onder de stuwende werkingen van tijd en cultuur ademend, moet op een bepaalden dag der week naar één hoek van de krant althans veilig kunnen heen-vluchten zonder angst voor onderdompeling in onbenullige berichtjes en zonder vrees besprenkeld te worden door de niet altijd even welriekende nieuws-fontein der daggebeurtenissen. Hij vlucht naar den
hoek, waar hij zijn literatuurrubriek vindt,____als
hij beu is van het microbeachtig gekronkel der koersen fondscijfers, beu van het zien saamkuieren van wolf en vos in gekunstelde De La Fontaine-han-dels-dialoogjes; als hij beu is van zaken-stiptelijkheid en kantoorluchtjes, van miezerig conversatiegekeuvel en het zoet-zinlijk gevlei van streelende woordjes eener leege hoffelijkheid; als hij beu is van malle nieuwtjes,.. dat b.v. een groot kunstenaar bij wijze van hulde een automobieltje werd geoffreerd en deze, geen raad wetende met dit enkele luxevoertuig, erbij vroeg, twee millioen daalders voor vijftig jaar benzine en tien chauffeurs om elkaar af te lossen bij ongelukken; dat, toen deze gebenedijde echter een weigering ont