al zijn zoete streken en wondre tonen laat heene-vloeien? Daar is de menschensmart in haar duistering van gebroken kleuren. Maar de Goden-smart er boven uit, en die te vatten en saam-te-zingen bij ieder gezégd woord, dat is zwaar-van-schoonheid. Wat helpt hier alleen zuiver zeggen, breed-gevoeld en volgehouden tempo, geschoolde dictie en geoefend spraak-vertoon? Iedere sylabe, iedere klinker en consonant, iedere letter moet hier doorzongen zijn van beheerschte Gods-ontroering, zoo magistraal-weemoedig dat we steeds blijven hooren, het phenomeen der Gods-spraak en geen ménsch-geluid. En deze illusie gaf Eoyaards, al wisten wij dat een mensch daar sprak, in onze, zich van de wereld-dingen afwendende fantasie, volkomen. Het was een hoog-zoet geluid van heilige klanken, een mengeling van alt en bas, waarin een geboorte van het allerheiligste scheen te geschiên. Dat stuwde af van eenen troon, eindeloos ver, aan de kim der wae-reld, en omgolfde ons met huiveringen van heimvollen geluids-zang. Dat was zeer schoon van Royaards. En dadelijk voelde ik de geestelijke spanning van zijn ziel bij dien inzet.
Ik ken den modernen acteur Royaards nog zeer slecht. En ook buiten zijn Elckerlyk- en Reinout-uitbeelding zou ik hem, vooral als karakter-speler, als modern createur van typen willen zien leven. Ik zou dan wel willen weten wat hij niet alleen met zijn verfijnde studie, zijn geest, zijn groot intellect, zijn cerebraal scheppingsvermogen vermag, maar ook wat hij
9