Het reform-jodendom

schreven leer, bestemd als dagelijksch lees- en studieboek voor alle kringen van Israël, mocht niet te veel in bijzonderheden afdalen; zij spreekt dus in zeer algemeene termen en van haar wetten zijn slechts de hoofdbeginselen aangegeven. De nadere verklaring evenwel, de toepassing in de rooi gevallen van het leven, de uitzonderingsbepalingen, die God eveneens aan Mozes en deze aan Israël onderwees, werden niet opgeschreven; zij moesten van vader op zoon en van meester op leerling overgedragen worden en heeten daarom mondelinge leer. Van het bestaan der mondelinge leer zijn, volgens het orthodoxe Jodendom, de sporen in de Heilige Schrift aan te wijzen. Deze mondelinge leer, de traditioneele uitlegging dus der geschreven Thora, werd met de Thora door Mozes aan zijn opvolger Josua toevertrouwd en werd na dezen een kleinood van bijzondere zorg voor de reeksen geslachten der oudsten, profeten en geleerden. Vooral de profeten hebben met vurigen ijver gearbeid tot instandhouding der leer en loutering van het volk; zij waren de directe geestelijke nakomelingen van Mozes, die wegens de geheel eenige plaats, door hem ingenomen voor het orthodoxe Jodendom als Vader der profeten geldt. Ook de overige profeten werden gelijk Mozes door God zelf uitverkoren, om Zijn wil te openbaren; hun woorden, die het uitvloeisel zijn der directe goddelijke inspiratie, dragen de volstrekte waarheid in zich. Streng vasthoudend aan de geschreven en mondelinge leer, waarvan verschillende hunner redevoeringen getuigen, vermanen zij het volk ernstig, de goddelijke leer niet te maken tot een zin-ledigen vormendienst; niet alleen met de lippen een heerlijk beginsel te belijden, doch hart en ziel doordringend van de heiligende waarheden des geloofs, het leven in overstemming hiermede in te richten. De profeten vormen een schakel in de keten der Thora-leeraren; hun oogmerk was het, niet minder dan dat hunner voorgangers en navolgers, Israël en de menschheid

9